Direct naar artikelinhoud
Interview

Zingeving en geluk zitten in de genen

Zingeving en geluk zitten in de genen
Beeld Nanne Meulendijks

Onze genen bepalen deels of we ons leven als zinvol ervaren, ontdekten onderzoekers. Ook vonden ze nieuwe geluksplekken op het menselijk DNA.

Terwijl de een wekelijks een kerkdienst bezoekt of het leven beschouwt in een leesclub, voelt de ander geen enkele behoefte om zichzelf grote vragen te stellen. 

Dat kan kloppen, zeggen hoogleraar genetica en welzijn Meike Bartels. Zij en haar collega aan de Vrije Universiteit, Bart Baselmans, ontdekten de eerste genetische varianten voor zingeving. Daaruit zou blijken dat de mate waarin we zin ervaren deels aangeboren is. Ze publiceerden hun resultaten in vakblad Scientific Reports.

Ook voor iemand die minder aanleg heeft, is een zeker niveau van geluksbeleving bereikbaar, hij moet er alleen harder voor werken
Meike Bartels, hoogleraar genetica en welzijn

Genetische varianten voor zingeving? Bartels: “In iedere lichaamscel ligt al ons erfelijk materiaal opgeslagen, genen die met elkaar een DNA-profiel vormen. De structuur van een bepaald gen kan er bij iedereen net iets anders uitzien. Zie genen als een aaneenrijging van letters uit het alfabet. Als wij onderling vergeleken worden, dan hebben we op bepaalde plekken van een gen andere lettertjes. Deze varianten bepalen onze haarkleur en mijn collega en ik vonden twee varianten die we aan zingeving kunnen linken. Het gaat niet om genen die exclusief zin geven aan ons leven, maar om stukjes van een gen die verschillen in de beleving ervan kunnen verklaren.”

U was eerder betrokken bij de ontdekking van genvarianten voor geluk en vond er nu weer zes.

“Ieder mens heeft miljoenen genvarianten. Ik verwacht dat we voor zowel geluk als zingeving wel duizenden plekjes hebben waardoor de beleving onderling verschilt. Voor dit onderzoek gebruikten we DNA-samples en ingevulde vragenlijsten van 220.000 mensen uit een Britse databank. De stelling die verwijst naar zingeving was eenvoudig: Ik beschouw mijn leven als zinvol. De deelnemers die hierop ‘ja’ antwoordden, hebben op een specifiek stukje gen dus een ander lettertje dan de degenen die ‘nee’ invulden.

“Dit is niet de meest nette manier om zoiets complex als zingeving te meten, maar geoorloofd omdat de onderzoeksgroep zo groot was. Het is een eerste stap.”

Ervaar je minder zin als je weinig van die genvarianten voor zingeving hebt?

“Dat is onmeetbaar, omdat we nog lang niet alle plekken hebben gevonden. Maar voor geluk kun je genetische aanleg hebben. De een ervaart van nature makkelijker geluk dan de ander. Wat niet betekent dat een zeker niveau van geluksbeleving onbereikbaar is voor iemand die minder aanleg heeft. Hij moet er alleen harder voor werken.

“Vergelijk het met sporten. Sommigen hebben relatief weinig training nodig om hun conditie op peil te brengen voor een marathon. Anderen moeten daarvoor veel meer meters maken.”

Mogelijk zijn de minderbedeelden niet zo bezig met de zin van het leven?

“Het is moeilijk te bepalen of iemand de ervaring van zin in de termen ‘zin’ of ‘zingeving’ samenvat. Er zijn sowieso mensen voor wie dat spiritueel klinkt en er daarom niets mee te maken willen hebben. Als je informeert of ze niets doen in hun leven wat ertoe doet, dan zeggen ze: natuurlijk wel. Nou, dáár hebben we het over.”

Dus ze leiden geen minder zinvol leven?

“Over de invulling van zinvol lopen de meningen uiteen. De deelnemers is naar hun gevoel gevraagd, hun omgeving kan daar iets heel anders van vinden. Ieder heeft zijn eigen manier om zinbeleving tot stand te brengen. Onderzoek naar hoe dat uitpakt voor de wereld ontbreekt nog. Neem zorgzaamheid. Sommigen zijn gemaakt om zich over anderen te ontfermen en tonen dat ook. Anderen ervaren af en toe iets aardigs doen voor iemand al als een zorgtaak. Genetische aanleg verklaart deze interessante verschillen deels.”

Maakt de beoefening van yoga je gelukkiger of doe je juist aan yoga omdat je je gelukkig voelt? Dat is onbekend
Meike Bartels, hoogleraar genetica en welzijn

Halen uiteenlopende interpretaties van zinvol of zingeving uw onderzoeksresultaten niet onderuit?

“Wetenschappers dachten voorheen dat je stress kon meten door bij iemand het stresshormoon cortisol te bepalen. Maar de samenhang tussen dit gehalte en de hoeveelheid stress die de persoon ervaart, is niet sterk. Wij onderzoeken juist die ervaringen en gevoelens. Interpretatieverschillen zorgen voor meetfouten, maar daar houden we rekening mee in onze modellen en door de omvang van de onderzoeksgroep.”

Kritiek in NRC Handelsblad luidde dat uw twee genvarianten eerder naar andere kenmerken verwijzen dan naar zingeving.

“Genvarianten spelen vaak eveneens een rol bij andere eigenschappen. We bewijzen alleen dat ze óók samenhangen met verschillen in zingeving. De studie moet overigens nog herhaald worden, maar daarvoor is een nieuwe onderzoeksgroep nodig. Onze bevindingen zijn in ieder geval robuust.”

Kunnen we onze genen beïnvloeden door bepaald gedrag te cultiveren?

“Er is een connectie gevonden tussen geluksgevoel en het beoefenen van mindfulness of yoga. Maar dat gaat over een gemiddelde en geldt dus niet voor iedereen. En maakt de beoefening je gelukkiger of doe je juist aan yoga omdat je je gelukkig voelt? Dat is nog onbekend. Hetzelfde geldt voor mensen die zich gelukkiger voelen en meer zin ervaren. Ze zijn gezonder en leven langer. We zien vaak samenhang tussen eigenschappen en gedrag. En we weten dat gedrag ervoor kan zorgen dat een gen wel of niet zijn invloed uitoefent.”

Moeten we zin ervaren om gelukkig te kunnen zijn?

“Wetenschappers verschillen daarover van mening. Wij waren benieuwd of geluk en zin dezelfde genen als basis hebben. En dat blijkt voor een groot deel zo te zijn. Natuurlijk kunnen mensen ongelukkig zijn, maar hun leven wel als zinvol ervaren of andersom. Dat zijn uitzonderingen. We zien ook dat de zinervaring deels door andere omgevingsfactoren wordt beïnvloed dan de geluksbeleving. We weten alleen nog niet welke. Of er eerst zin is en dan geluk blijft vooralsnog een kip-eivraag.”

Lees ook:

Hoe de giraffe aan zijn lange nek komt

De giraffe is een evolutionair huzarenstukje. Zes meter hoog heeft hij het alleenrecht op het bladerdak van de savanne. Amerikaanse en Afrikaanse biologen laten nu zien hoe een paar genetische veranderingen gelijk optrokken en zo de giraffe zijn vorm gaven.