Direct naar artikelinhoud
Column

Er valt niets te juichen na mislukken staatsgreep in Turkije

"Wel weten we zeker dat de burgerrechten en een 'echte' democratie in Turkije zolang Erdogan en zijn kliek er de dienst uitmaken ten einde zijn."

Een revolutie in een democratisch land is een dwaasheid.

Zo oordeelde de gematigde sociaal-democraat Willem Vliegen toen zijn partijleider Pieter Jelles Troelstra in november 1918 dacht het revolutievuur dat aan het einde van de Eerste Wereldoorlog in Europa was opgevlamd, ook in Nederland op te kunnen poken. Troelstra's revolutie-oproep bracht geen arbeiders op straat die voor een rode omwenteling vochten, maar juist een brede schakering aan burgers die hun trouw aan het Oranjehuis betuigden.

De grote schoonmaak
Een staatsgreep in een democratisch land is net zo'n dwaasheid. Maar was het mislukken van de staatsgreep 15/16 juli in Turkije een overwinning voor de democratie, zoals niet alleen Erdogan-aanhangers uitkreten maar ook Obama en Merkel beweerden? Allerminst. De 'grote schoonmaak' waarmee Erdogan Turkije van elke mogelijke oppositie tegen zijn regime tracht te ontdoen, moest nog beginnen toen Obama en Merkel hun uitspraken deden maar zij hadden natuurlijk beter kunnen weten.

Vóór de couppoging vertrapte Erdogan immers reeds de burgerrechten, door critici op te sluiten en de Koerden collectief tot 'terroristen' te bestempelen. Ná het neerslaan van de coup houdt hij geen restje schijn meer op dat Turkije een rechtsstaat zou zijn. Bij vele tienduizenden worden vermeende tegenstanders ontslagen of gevangen gezet. Of zij met de couppoging ook maar iets te maken hadden lijkt veelal niet ter zake te doen.

Vóór de couppoging vertrapte Erdogan immers reeds de burgerrechten

Een staatsgreep plegen zonder succes te boeken kan een dwaasheid worden genoemd, maar achteraf is het altijd makkelijk praten. Er heerst bijna consensus dat het maar goed is dat de staatsgreep is mislukt, hoe verwerpelijk het bewind van Erdogan reeds was en hoe afzichtelijk het zich inmiddels heeft getoond. Maar is een staatsgreep in moreel opzicht in alle gevallen uit den boze, ook als wat ooit een democratie was naar een dictatuur afglijdt of reeds in die toestand is beland?

Bloederige happen
In de academische wereld is momenteel een discussie aan de gang over de vraag of de rechter het op een democratische wijze aan de macht komen van een anti-democratische beweging moet kunnen verhinderen. Een niet-gekozen orgaan zou dan de democratie op langere termijn - de mogelijkheid om na een anti-democratische meerderheid bij volgende verkiezingen weer een democratisch gezinde meerderheid te kiezen - dienen te redden. Het lastige hieraan is vooral op basis van welk criterium de rechter zou moeten ingrijpen, veel meer dan dat de vraag óf de rechter in zo'n geval mag ingrijpen omstreden zou zijn.

Dat zou voor een leger evenzo moeten opgaan mits er in dit leger natuurlijk een democratische gezindheid heerst. Dit is vaak een probleem: nogal wat generaals die de macht grijpen lijden zelf aan een 'sterke man'-syndroom. Maar wat voor staatsgrepen geldt, gaat evenzeer op voor revoluties: vaak eten die niet alleen hun eigen kinderen op, maar nemen zij ook grote, bloederige 'happen' uit de bevolking.

Maar is een staatsgreep uit den boze, ook als wat ooit een democratie was naar een dictatuur afglijdt of reeds in die toestand is beland?
Een soldaat wordt opgepakt door de Turkse politie na de mislukte couppoging in Turkije van 16 juli.

Daarmee is echter niet élke revolutie veroordeeld. De zeventiende eeuwse Glorious Revolution in Engeland en de achttiende eeuwse Amerikaanse Revolutie hebben bijvoorbeeld veel goeds gebracht. En, om dichter bij onze tijd te blijven: de revoluties die in de periode 1989-1991 tal van communistische regimes ten val brachten, zijn eveneens zeer heilzaam geweest.

Zoals een revolutie bij voorkeur moet worden vermeden maar soms de geëigende manier is om een tirannie te beëindigen, zo is het denkbaar dat in zeer uitzonderlijke gevallen een staatsgreep nodig zal zijn om een democratische rechtsstaat te redden dan wel te herstellen.

Was er in 1933 of 1934 maar sprake geweest van een democratisch gezinde Reichswehr in Duitsland die met een geslaagde staatsgreep een einde aan het bewind van Hitler had gemaakt; dat had Duitsland, de wereld in zijn algemeenheid en de joden in het bijzonder een enorme hoeveelheid ellende kunnen besparen.

Tekst loopt door onder foto.

Maar wat voor staatsgrepen geldt gaat ook op voor revoluties: zij nemen grote, bloederige 'happen' uit de bevolking
(v.l.n.r.) De Turkse premier Binali Yildirim, president Recep Tayyip Erdogan en generaal Hulusi Akar.

Mensenrechten
Wie vindt dat een staatsgreep onder geen enkele omstandigheid valt te rechtvaardigen had blijkbaar liever gezien dat in 1974 de militairen in Portugal van een machtsgreep - vermomd als Anjerrevolutie - hadden afgezien en derhalve dat in dat land een autocratisch-corporatistisch bewind was aangebleven. Terwijl uiteindelijk toch, hoewel dat in 1974 nog geenszins zeker was, herstel van de Portugese democratie uit die links-militaire staatsgreep is voortgevloeid.

We zullen wellicht nooit weten of de recente coupplegers in Turkije inderdaad van plan waren de democratie en de mensenrechten te herstellen, zoals zij aankondigden te zullen doen. Zij hebben de kans niet gekregen om te laten zien dat het hen menens was.

Wel weten we zeker dat de burgerrechten en een 'echte' democratie - met een oppositie die niet de mond wordt gesnoerd maar een serieuze kans maakt via vrije verkiezingen aan de macht te komen - in Turkije zolang Erdogan en zijn kliek er de dienst uitmaken ten einde zijn. Er valt dus niets te juichen rond het mislukken van de couppoging in Turkije.            

Patrick van Schie is historicus en directeur van de TeldersStichting, de liberale denktank van Nederland. Hij schrijft deze column op persoonlijke titel.

Er valt dus niets te juichen rond het mislukken van de couppoging in Turkije