Direct naar artikelinhoud

De verbindende kracht van couscous

Tajine met kip, groenten en couscous.Beeld Thinkstock

Kleine deegbolletjes brengen voedselliefhebbers uit verschillende Noord-Afrikaanse landen samen. Deskundigen uit Marokko, Algerije en Tunesië willen gezamenlijk een voorstel indienen zodat couscous – vaak gegeten met verschillende kruiden, groenten en vlees – op de Unesco Werelderfgoedlijst komt te staan.

“De classificatie van couscous als cultureel erfgoed is een gemeenschappelijk project van de Maghreb-landen”, zegt Slimane Hachi, directeur van het Algerijnse Nationale Centrum van Onderzoek in Sociale en Culturele Antropologie, tegen het Algerijnse persbureau APS.

Zo eensgezind zijn de landen niet altijd geweest. Couscous is een gevoelig onderwerp in de regio. Marokko, Algerije en Tunesië zijn er namelijk alle drie van overtuigd de bakermat te zijn van dit gerecht.

Ook over andere culturele uitingen bestaat onenigheid. Zo wilde Algerije in 2016 de muziekstijl rai op de Werelderfgoedlijst zetten als ‘Algerijnse volksmuziek’, maar dat wekte de woede van buurland Marokko. Dat land organiseert jaarlijks een groots rai-muziekfestival. En de van oorsprong Algerijnse zanger Cheb Khaled – bekend van het nummer 'Aïcha' – is ook een beetje Marokkaans. In 2013 accepteerde de ‘Koning van Rai’ het Marokkaanse staatsburgerschap, omdat hij dat aanbod naar eigen zeggen niet kon weigeren.

(Tekst loopt door onder de videoclip)

Nu de landen juist samenwerken om couscous erkend te krijgen als cultureel erfgoed, kan dat de banden tussen de verschillende Maghreb-landen versterken, zegt Ouiza Gallèze, onderzoekster van het Algerijnse centrum, tegen APS. “Couscous kan een middel zijn om de mensen weer samen te brengen.”

De grof gemalen durumtarwe, waar couscous van wordt gemaakt, is duizenden jaren oud. Volgens Gallèze is het gerecht al die tijd authentiek gebleven. Het is onduidelijk waar de tarwe oorspronkelijk vandaan komt. Sommigen zeggen dat Noord-Afrikaanse Berbers het als eerste aten, anderen beweren dat landen in het oostelijke Middellandse Zeegebied de primeur hadden.