Direct naar artikelinhoud
essay

Wat Fortuyn toen zei, is nu heel normaal

Pim Fortuyn in maart 2002. Foto : Arie Kievit / HH

In 2002 werd Pim Fortuyn nog een opruier genoemd. Veel van zijn standpunten die destijds omstreden waren, staan inmiddels in de programma's van de gevestigde partijen.

Een beetje politicus van nu schrijft in de aanloop naar de verkiezingen een boek. 'Hoop', heet dat bijvoorbeeld, of 'De mythe van het economisme'. Hij of zij mengt daarin persoonlijke ervaringen met politieke drijfveren. Dingen als: "Van mijn oma heb ik meegekregen dat ik altijd de andere kant van het verhaal moet proberen te zien" - in dit geval een citaat van Jesse Klaver.

Vijftien jaar geleden was dat volstrekt ongewoon. Toen Pim Fortuyn 'De puinhopen van acht jaar paars' publiceerde, was hij de enige politicus die boeken schreef. "In de Verenigde Staten is het heel normaal dat een politicus een boek publiceert", schreef Trouw in maart 2002. "Zo ver is Nederland nog niet; politiek Den Haag raakte gisteren behoorlijk over de kook van de verschijning van het boek annex verkiezingsprogramma van Fortuyn." Met zijn boek leverde Fortuyn toen wel een prestatie waar politici van vandaag nog altijd jaloers op zijn: hij stond er weken mee in de bestsellerlijsten.

Opruier en irreële populist

Aan Pim Fortuyn was wel meer ongebruikelijk, niet het minst zijn opvattingen. Hij was in 2002 de outsider in de vaderlandse politiek, een politicus waarvan werd gezegd dat hij véél te eenvoudig over de problemen dacht. Een opruier werd hij genoemd, en een irreële populist.

Wie 15 jaar later terugleest wat Fortuyn te berde bracht, vindt maar weinig punten die nog net zoveel weerstand oproepen.

In de bibliotheken van nu staan ze vaak niet eens meer in de kasten. De boeken van Fortuyn zijn verbannen naar de kelder, ze komen alleen op aanvraag boven. Maar ze staan er nog allemaal: 'De verweesde samenleving', 'De puinhopen van acht jaar paars', 'De islamisering van onze cultuur'. Vol standpunten die destijds vernietigend werden gevonden, een politicus onwaardig.

Maar wie vijftien jaar later nog eens terugleest wat Fortuyn nu eigenlijk te berde bracht, kan maar weinig punten vinden die nog net zoveel weerstand zouden oproepen als toen. Sterker nog, veel van de toen omstreden oplossingen vonden hun weg naar wat destijds 'oude politiek' werd genoemd, naar partijprogramma's van VVD of CDA. Dat Fortuyn bijvoorbeeld vond dat het Vluchtelingenverdrag moest worden opgezegd: het was ongehoord destijds. Maar kijk je naar dat agendapunt met de ogen van 2017, dan is er niets opmerkelijks meer aan. Zowel CDA als VVD vinden ook dat dat verdrag uit 1951 zijn langste tijd wel gehad heeft.

De kritiek kwam destijds van alle grote partijen. Zo zei CDA-leider Balkenende in 2002 nog dat Fortuyn, wilde hij met het CDA regeren, de aanduiding 'achterlijk' over de islamitische cultuur moest terugnemen. Dat Nederland inmiddels aan dergelijke kwalificaties is gewend, bleek al in 2010, toen Geert Wilders precies dezelfde woorden bezigde, nota bene terwijl hij met het CDA en de VVD aan het onderhandelen was over een regeringsconstructie waarin zijn PVV een kabinet van CDA en VVD gedoogde.

'Gevaarlijke man'

VVD-minister Gerrit Zalm zei in 2002, nadat hij Fortuyns boek had gelezen: "Pim Fortuyn is een gevaarlijke man die het volk bedriegt door te suggereren dat er simpele oplossingen mogelijk zijn voor ingewikkelde problemen." Hij las er maatregelen in die inmiddels door menig VVD'er ook zijn bepleit: geen hoofddoekjes in overheidsorganisaties, strengere controle op uitkeringsfraude, kleinschalige scholen.

'Pim Fortuyn is een rattenvanger van Hamelen met gevaarlijke ideeën, een ongericht projectiel'
PvdA-minister Jan Pronk in 2002

De toenmalige VVD-leider Hans Dijkstal probeerde diplomatiek te zijn: Extreem-rechts zou hij hem niet willen noemen, maar hij zag wel 'een zekere parallel' met de opkomst van Berlusconi in Italië. "We moeten op onze hoede zijn, je kunt leren van buitenlandse ervaringen."

Achteraf gezien lijkt het erop dat de VVD vooral heeft geleerd van binnenlandse ervaringen. Toentertijd omstreden standpunten zijn vijftien jaar later in het VVD-denken geïncorporeerd.

Feller nog was de PvdA, de aartsvijand van Fortuyn. "Pim Fortuyn is een rattenvanger van Hamelen met gevaarlijke ideeën, een ongericht projectiel, die zichzelf ook nog eens ziet als een verlosser met een opdracht", zei PvdA-minister Jan Pronk in de politiek wervelende maanden van 2002, toen socioloog Pim Fortuyn, een politicus die uit het niets leek te komen, plots de opiniepeilingen en het politiek debat domineerde.

Premier Wim Kok (ook PvdA) verweet Fortuyn in februari 2002 dat hij 'angst, haat en onverdraagzaamheid' zaaide. "Hij zorgt ervoor dat mensen met de ruggen naar elkaar komen te staan en met de vuisten gaan zwaaien in plaats van met oplossingen te komen."

De tekst loopt verder onder de afbeelding.

In de Tweede Kamer is een vergaderzaal vernoemd naar Fortuyn.

Kok nam deze woorden overigens later terug. "Haat was een verkeerd gekozen woord." Hij was te emotioneel geweest, zei hij, over Fortuyns opmerkingen over de islam als 'achterlijke cultuur'.

'Vreemdelingenhaat is mij vreemd'

Wie kijkt naar de lange lijst toen nog omstreden maatregelen die Pim Fortuyn destijds voorstelde, een paar maanden voor zijn dood, kijkt nog maar van een paar dingen op, en dat waren destijds niet eens de hete hangijzers. 'Het kabinet moet worden teruggebracht naar hooguit zes personen', vond Fortuyn bijvoorbeeld, die een ideaalbeeld had van een kleine ministersploeg die werd bijgestaan door een hele hoop staatssecretarissen.

Maar Fortuyns 'wat mij betreft komt er geen islamiet meer binnen' is weliswaar nog altijd behoorlijk gechargeerd te noemen, de daadwerkelijke maatregel die hij voorstelde was exact dezelfde als die Halbe Zijlstra ook bepleit: opvang van vluchtelingen kan beter plaatsvinden in eigen regio dan in Nederland. Net als Wilders was hij fel tegen gezinshereniging. Het was een punt waarvan toen nog iedereen stijl achterover viel. Nu kijkt geen journalist meer op als Geert Wilders of Thierry Baudet hetzelfde zeggen.

Net als Wilders wilde hij 'de oorlog verklaren aan de islam'

Na meer dan tien jaar PVV in de Tweede Kamer zou ook niemand meer opkijken van opmerkingen over de islam als 'achterlijke cultuur'. Sterker nog, wat Fortuyn destijds precies zei, zouden we, als Wilders het nu zou zeggen, beoordelen als héél mild. "Vreemdelingenhaat is mij vreemd", schreef Fortuyn in een van zijn latere columns in Elsevier. "Ik betoog dat de islam op hoofdlijnen, daar waar het onze kernnormen en -waarden betreft, vijandig staat ten opzichte van moderniteit. Mannen en vrouwen zijn niet gelijkwaardig, homoseksuelen worden zonder vorm van proces opgesloten."

Waar Wilders in zijn verkiezingsprogramma een verbod op de Koran heeft staan, was Fortuyn nog van de school 'niets verbieden'. 'Onze cultuur strijdt met open vizier', schreef Fortuyn. Net als Wilders wilde hij 'de oorlog verklaren aan de islam', net als Wilders noemt hij de islam een 'onze cultuur en samenleving vijandige ideologie', maar de strijd had wat Fortuyn betreft ideologisch moeten zijn. "Waar het nu op aankomt, is klip en klaar de oorlog te verklaren aan de islam. Niet door het organiseren van heksenjachten, maar door het ideologische debat aan te gaan. Duidelijk maken waar wij voor staan en wat wij per se niet willen."

De manier waarop Fortuyn de ideologische strijd met de islam wilde aangaan, doet denken aan een belangrijk punt uit de afgelopen verkiezingscampagne van Mark Ruttes VVD. "We moeten ons bewust zijn van de eigen kernnormen en -waarden", zei Fortuyn. Rutte zei in de afgelopen verkiezingsstrijd herhaaldelijk dat iedereen die de Nederlandse normen en waarden afwijst, 'beter kan vertrekken'. In een open brief aan alle Nederlanders sprak de premier schande van mensen 'die homo's lastigvallen, vrouwen in korte rokjes uitjouwen of gewone Nederlanders uitmaken voor racisten.'

Doe normaal!

Ook op een ander belangrijk punt doen de uitspraken van Fortuyn denken aan de VVD van Rutte. Fortuyn waarschuwde herhaaldelijk voor wat hij de 'ik-gekte' noemde: het doorgedraaide individualisme. Wie dat nu leest, ontkomt er niet aan ook even te denken aan Rutte en zijn tirades tegen het dikke ik.

Opmerkelijk genoeg is zelfs de verkiezingsslogan van de VVD uit 2017 terug te vinden in de verzamelde werken van Pim Fortuyn. In het boek 'At your service!', waarin zijn laatste 32 columns werden gebundeld, is te lezen hoe Fortuyn destijds in reactie op de ministers die hem zwart maakten, eenvoudigweg uitriep: "Doe even normaal, zeg!"

Fortuyns pleidooi voor een nieuwe dienstplicht, naar keuze sociaal of militair, heeft onderdak gevonden bij het CDA. Een ander belangrijk punt dat Fortuyn met grote regelmaat naar voren bracht is inmiddels overgenomen door Thierry Baudets Forum voor Democratie. Fortuyn: "Eens in de vier jaar mag het stemvee, wij dus, opdraven om ons een gemeenteraad, Provinciale Staten of Tweede Kamer te kiezen en daarna bepaalt de politiek-bestuurlijke elite van ons land wel hoe en in welke samenstelling wij worden geregeerd. Het heeft niets met democratie te maken."

Maar ook Baudet, die door sommigen wel de erfgenaam van Pim Fortuyn wordt genoemd, gaat verder dan Fortuyn ooit ging. Wilde Fortuyn dat de taken van de EU zich zouden beperken tot de hoofdzaken, Baudet (en Wilders trouwens ook) wil dat Nederland zich helemaal terugtrekt uit het Europees project.

Vijftien jaar geleden werd Pim Fortuyn door heel linkse mensen extreem- rechts gevonden. Maar het huidige extreem-rechts is een stuk rechtser dan hij was. Wat toen absurd leek, is nu doodnormaal.