Direct naar artikelinhoud

Weer sjoemelen melkboeren met de cijfers

Weer sjoemelen melkboeren met de cijfers
Beeld Hollandse Hoogte

Opnieuw heeft het ministerie van landbouw fraude geconstateerd op melkveebedrijven. Door melkkoeien in de administratie op te nemen als jonge, niet-melkgevende dieren, doen boeren het voorkomen alsof zij minder mest produceren.

Bij 45 bedrijven is fraude vastgesteld, maar het ministerie heeft vraagtekens bij de administratie van 7.700 bedrijven – bijna de helft van het totaal aantal melkveebedrijven.

Boeren hebben volgens minister Schouten van landbouw de administratie gemanipuleerd door opvallend veel twee- en meerlingen in de boeken op te nemen. Normaal gesproken ligt dat aantal tussen de 3 en 5 procent van het aantal geboorten. Bij 5700 bedrijven lag het percentage in 2017 tussen 5 en 10 procent, terwijl bij zo’n 2000 bedrijven zelfs meer dan tien procent meerlingen werden geregistreerd.

Dat individuele boeren het systeem op deze manier konden flessen is nooit bij ons opgekomen
Maarten Leseman, woordvoerder brancheorganisatie LTO

Boeren moeten hun dieren opnemen in de administratie, onder meer om grip te houden op de hoeveelheid mest die er wordt geproduceerd. Als een koe gekalfd heeft, en dus melk gaat geven, telt die volwaardig mee. Een jonge koe die nog niet gekalfd heeft, telt echter maar voor de helft mee in de administratie. Door twee, of meer, kalfjes bij één moeder in de boeken op te nemen, lijkt het aantal melkkoeien op papier lager. Op die manier lijkt het alsof bedrijven veel minder mest produceren dan in werkelijkheid.

Risico voor volksgezondheid

Minister Schouten is niet te spreken over de fraude. Zij wijst erop dat hetzelfde administratiesysteem gebruikt wordt voor het voorkomen en traceren van dierziektes. Als de administratie niet op orde is ‘dan is dat bij een dierziekte-uitbraak een risico voor de diergezondheid en volksgezondheid’, aldus de minister. “Bedrijven die frauderen kunnen rekenen op naheffingen, kortingen op EU-subsidies en mogelijk strafrechtelijke vervolging. Ik ben al met het Openbaar Ministerie in overleg over de meest effectieve aanpak.”

Brancheorganisatie LTO reageert eveneens verbolgen op de fraude. “We zijn verbaasd en verbijsterd”, zegt woordvoerder Maarten Leseman. “We hebben de afgelopen jaren hard gewerkt om een goed plan te maken om de mestproductie terug te brengen. Dat individuele boeren het systeem op deze manier konden flessen is nooit bij ons opgekomen.”

Mestfraude

De fraude volgt kort op een eerder schandaal met mest. Eind vorig jaar bleek uit onderzoek van NRC dat twee derde van de grote verwerkers en vervoerders van mest in Oost-Brabant en Noord-Limburg zich schuldig heeft gemaakt aan fraude. Mest werd daarbij illegaal uitgereden op het land, terwijl het in de administratie werd opgenomen als afgevoerde en verwerkte mest. Daarmee komt er veel meer fosfaat in het milieu dan blijkt uit de boeken.

De 45 bedrijven waar daadwerkelijk fraude is geconstateerd, zijn voorlopig op slot

Nederland moest de afgelopen jaren flink ingrijpen om de hoeveelheid fosfaat, aanwezig in mest, terug te brengen omdat de Europese norm werd overschreden. Dat doel is gehaald, zo stelt het Centraal Bureau voor de Statistiek: in totaal werd er 167,9 miljoen kilo fosfaat geproduceerd, terwijl de norm op 172,9 miljoen kilo ligt. Minister Schouten verwacht niet dat als gevolg van de fraude met kalfjes later zal blijken dat de norm toch niet is gehaald.

Het afgelopen jaar hebben veel boeren hun veestapel ingekrompen om als sector te kunnen voldoen aan het fosfaatplafond. “Dat maakt deze fraude extra wrang”, zegt Weseman van LTO. “Veel collega’s hebben tien, soms wel twintig koeien weggedaan. En dan zit bij wijze van spreken je buurman het te verpesten door te frauderen met de administratie.”

Op slot

De 45 bedrijven waar daadwerkelijk fraude is geconstateerd, zijn voorlopig op slot: koeien kunnen pas weer aan- of afgevoerd worden als zij aantonen dat de administratie op orde is. “Dat is vervelend als het een paar dagen duurt, maar als het langer duurt, kan het problemen geven”, zegt Weseman. “Er worden vrijwel permanent kalfjes geboren, die lang niet allemaal op het bedrijf kunnen blijven. Oude koeien moeten op enig moment naar de slacht. Maar je kunt je afvragen of je medelijden moet hebben met iemand die bewust de boel geflest heeft.”

Als gevolg van de fraude haalt minister Schouten ook een streep door een proef met meer specifieke normen voor individuele bedrijven. Melkveehouders wilden graag af van de vaststaande, berekende normen van de hoeveelheid mest per koe. “Boeren die efficiënter werken en dus minder fosfaat produceren, zouden dan met lagere normen toekunnen”, zegt Weseman. De minister had eind vorig jaar aangekondigd een proef te starten om dat systeem te testen. “Die is ons nu uit handen geslagen, omdat een paar boeren de regels op eigen manier is gaan uitleggen. Zwaar kloten.”

Lees meer over de fraude bij boeren die in 2017 aan het licht kwam: Grootschalige fraude met mest trekt wissel op natuur in Brabant en Limburg