Direct naar artikelinhoud
Profiel

Halbe Zijlstra, de rechtse houwdegen die diplomaat werd, stapt op

Halbe Zijlstra (r) springt over een dranghek op het Binnenhof.Beeld ANP

Halbe Zijlstra neemt ontslag als minister van buitenlandse zaken. Dat zei hij dinsdag onmiddellijk aan het begin van het debat in de Tweede Kamer waar hij zich moest verantwoorden. De VVD'er was onder vuur komen te liggen nadat hij had gelogen over zijn aanwezigheid bij een bijeenkomst met de Russische president Vladimir Poetin.

Hij is de eerste bewindsman van het derde kabinet van premier Mark Rutte die moet opstappen. Zijlstra was een van de architecten van de coalitie van VVD, CDA, D66 en ChristenUnie. Hij onderhandelde samen met Rutte maanden met de andere partijen over de vorming van het kabinet. Zijn benoeming tot minister van buitenlandse zaken leidde tot verbazing in Den Haag. In vorige politieke functies kon hij namelijk flink ongenuanceerd uit de hoek komen. Maar als minister onderging Zijlstra een gedaanteverwisseling. Hieronder leest u een profiel van de inmiddels ex-minister van buitenlandse zaken dat Trouw op 15 januari publiceerde.

Als fractievoorzitter van de VVD kon Zijlstra juist los uit de heup schieten. Pakweg een jaar voor het begin van zijn ministerschap zat hij bijvoorbeeld in het praatprogramma ‘Pauw’ om de kleur van Zwarte Piet te verdedigen. De dag erna gaf hij toe dat zijn optreden ongelukkig was. Eerder dat jaar moest hij zijn excuses aanbieden voor de onjuiste bewering dat vluchtelingen in Nederland gratis ‘borstvergrotingen en complete tandrenovaties’ krijgen.

Hij is meer een beslisser dan Koenders
D66-Kamerlid Sjoerd Sjoerdsma

Bij Buitenlandse Zaken was het dan ook even schrikken toen Zijlstra in beeld kwam als minister, weet Van Ojik. Oud-collega’s vroegen hem wat voor vlees ze in de kuip hadden. “Men was toch een beetje verontrust. Zou er weer een dilettant komen zoals VVD’er Rosenthal?”

'Geen affiniteit met diplomatieke dienst'

Uri Rosenthal maakte zich als minister van buitenlandse zaken in Rutte-I weinig populair op zijn ministerie. Hij vond dat zijn mensen te weinig oog hadden voor het Nederlandse belang in hun internationale contacten en omschreef diplomatie als ‘rustiek tijdverdrijf’. D66-Kamerlid Sjoerd Sjoerdsma zat toen als diplomaat op de Nederlandse ambassade in Kaboel. “Die omschrijving viel niet goed, als je bedenkt dat ondertussen diplomaten op posten in gevaarlijke landen zaten. Hij had geen affiniteit met de diplomatieke dienst.”

Een vergelijkbare ervaring had Zijlstra als staatssecretaris in Rutte-I, toen hij over de cultuursector ging. Hij moest daar voor tweehonderd miljoen euro bezuinigen en kreeg al snel het verwijt een soort cultuurbarbaar te zijn. ‘Halve Zoolstra’, zoals zijn bijnaam in de sector luidde, las naar eigen zeggen graag thrillers en luisterde naar de metalband Metallica.

Ad van ’s Gravesande was destijds voorzitter van Kunsten92, een organisatie van ongeveer 400 instellingen in de culturele sector. “Wij probeerden met hem te spreken, maar hij was niet geïnteresseerd. Wij wilden dat de bezuiniging in ieder geval met een visie gebeurde, maar hij benaderde het puur als een technische exercitie om het bedrag te halen. Hij heeft geen affiniteit met kunst. Ik heb hem nooit in zijn vrije tijd in een concertzaal gezien.”

Ook de internationale betrekkingen waren niet Zijlstra’s gedroomde werkterrein. Eigenlijk wilde hij minister van sociale zaken worden om de arbeidsmarkt eens flink te hervormen. Maar in de kabinetsformatie ging die post naar D66. Tegelijkertijd liep de beoogde nieuwe buitenlandminister van de VVD, Jeanine Hennis, een politieke kras op omdat ze in haar nadagen als defensieminister moest aftreden. Plots kon Zijlstra, die hoe dan ook minister wilde worden, in plaats van Hennis naar Buitenlandse Zaken.

Goedlopende machine

In zijn nieuwe functie pakt Zijlstra het anders aan dan hij eerder deed op cultuur. Hij voegt zich juist naar de beleidsconsensus die er op het departement heerst. Sjoerdsma: “Het is belangrijk dat Zijlstra meteen heeft gezegd dat hij een goedlopende machine erft, die hij niet wil veranderen.” Ook noemde de nieuwe minister direct twee oud-diplomaten die minister werden als voorbeelden in wiens voetsporen hij graag zou treden: de PvdA’ers Max van der Stoel en Frans Timmermans.

Inhoudelijk heeft Zijlstra een aantal van zijn eerdere standpunten herzien. In 2015 schreef hij dat het nucleaire akkoord tussen Iran en de internationale gemeenschap, waarbij het land zijn kernprogramma zou beperken in ruil voor sanctieverlichting, een ‘historische fout’ dreigde te worden. Teheran zou nog steeds aan nucleaire technologie kunnen werken en het akkoord deed niets om het raketprogramma van de Islamitische Republiek te beperken. Dit was ook de kritiek die Donald Trump op zijn Amerikaanse campagnetour en daarna in het Witte Huis uitte.

Zelfs ten opzichte van zijn eigen coalitie is hij een diplomaat geworden
GroenLinks-Kamerlid Bram van Ojik

Maar in zijn nieuwe functie sluit Zijlstra zich aan bij de breed gedeelde opvatting binnen de Europese Unie dat het akkoord overeind moet blijven. De portee van zijn eerdere artikel betekent in de huidige tijd dat Europa ‘in gesprek moet gaan’ met Teheran over het raketprogramma, zei hij in de Kamer. Afspraken daarover had hij liever gemaakt als onderdeel van het akkoord in 2015, maar nu morrelen aan al gemaakte afspraken zou geen goed idee zijn.

Realistisch beleid

Zijlstra baarde in 2015 ook opzien met een artikel getiteld ‘realistisch buitenlandbeleid’. Daarin betoogde hij dat het roer in de Nederlandse diplomatie om moest. De Verenigde Staten zouden zich in de toekomst meer op Azië gaan richten, terwijl Europa te maken zou krijgen met een dreigend Rusland, terrorisme uit het Midden-Oosten en migratiegolven uit Afrika. Zijlstra schreef dat dit ‘voor Nederland een realistischer buitenlandbeleid betekent, dat kijkt naar wat haalbaar is, in plaats van naar wat wenselijk is’. Het beleid moest ook gericht zijn ‘op het eigen belang en de eigen regio’.

In zijn eerste debatten met de Kamer distantieerde Zijlstra zich niet van het artikel, maar probeerde hij een dusdanige interpretatie aan zijn woorden te geven dat ze aansluiten bij het Nederlandse beleid van de afgelopen jaren. “Ik bedoel het nog steeds. Het goede nieuws is ook dat als u het artikel goed hebt gelezen, u daarin eigenlijk het Nederlandse buitenlands beleid van de afgelopen jaren hebt gezien, want het Nederlandse buitenlands beleid heeft sinds 2015 niet stilgestaan.” Zijlstra wees daarbij op de deal die Europese landen in 2016 met Turkije sloten om vluchtelingen tegen te houden.

Ook zijn houding ten aanzien van mensenrechten moest Zijlstra van een bijsluiter voorzien. In 2015 schreef hij dat buitenlandbeleid ‘in de eerste plaats gericht moet zijn op het aangaan van strategische relaties met de landen aan de buitengrenzen van Europa, waarbij de inzet vooral is dat die landen handelen in het Europees en Nederlands belang’. Pas daarna zou er in een ‘verantwoord tempo’ met dictators over democratische hervormingen kunnen worden gesproken.

Zijlstra is nieuwsgieriger dan Timmermans en Koenders
SP-Kamerlid Sadet Karabulut

In de Kamer benadrukt de minister tegenover licht bezorgde Kamerleden dat hij uiteraard werk zal maken van mensenrechten. Een werkbare relatie met een autoritair regime is volgens Zijlstra de manier om ook met elkaar over mensenrechten te kunnen praten. Dat past volgens hem ook in de definitie van realistisch beleid. Zijlstra is naar eigen zeggen ook een idealist omdat hij iedereen ter wereld vrijheid, democratie en mensenrechten gunt. Maar hij beseft dat je dit doel soms maar met kleine stapjes nadert. “Een kleine haalbare stap vind ik een overwinning. Dat is namelijk een stap op weg naar mijn ideaal. Maar als je het hoogst haalbare als een principe ziet, dan doe je met een haalbare stap eigenlijk geweld aan je principe.”

De nieuwe lezing van Zijlstra stemt Van Ojik tevreden. “Ik was er bij toen hij onlangs de Mensenrechtentulp uitreikte aan een Mexicaanse activiste. Ik geloof oprecht dat hij zeer geraakt was door haar moed. Ik vind dat hij een rolwisseling ten goede heeft ondergaan.”

De tekst loopt door onder de afbeeldingen.

Zijlstra met de Palestijnse minister van buitenlandse zaken Riyad Al Maliki, 11 januari van dit jaar.Beeld REUTERS
Met de Israelische president Reuven Rivlin op 10 januari.Beeld AFP
Minister Zijlstra opent de Vakantiebeurs in de Jaarbeurs op 9 januari.Beeld ANP

Toch is Van Ojik nog niet helemaal gerustgesteld. “Het gemak waarmee het gebeurt roept wel vragen op. De vraag blijft een beetje wat Zijlstra nou echt vindt. Is het niet toch zo van: ik speel een andere politieke rol dus ik vind even iets anders over mensenrechten?”

Waar Zijlstra voorlopig wel breekt met zijn voorgangers, is de manier waarop hij met de Kamer debatteert. Hij praat met veel pauzes in zijn zinnen, zorgvuldig zoekend naar de juiste woorden. De oud-diplomaat Frans Timmermans hield graag gloedvolle betogen, terwijl voormalig gezant van de Verenigde Naties Bert Koenders uitgebreid de tijd nam om Kamerleden uit te leggen hoe het nou precies zat in een bepaalde regio. Bij debatten over buitenlandse militaire missies bleef er daarna vaak weinig tijd over voor defensieminister Jeanine Hennis om ook de aan haar gestelde vragen te beantwoorden.

SP-Kamerlid Sadet Karabulut is te spreken over de nieuwe manier van debatteren. “Timmermans en Koenders hadden sterk de neiging om brede verhalen te verkondigen. Zo van: zo zit het en niks anders is mogelijk. Bij Zijlstra proef ik meer bereidheid om te luisteren. Hij is nieuwsgieriger.”

In november debatteerden Karabulut en Zijlstra bijvoorbeeld over de vraag of Nederland Saudi-Arabië moet veroordelen voor bombardementen in Jemen. Volgens Karabulut is het daar inmiddels wel tijd voor, terwijl Zijlstra eerst een onderzoek van de Verenigde Naties wil afwachten. Karabulut: “Hij doet dan zijn best om met inhoudelijke argumenten te komen. Dat kan ik waarderen.”

Opvallend aan Zijlstra is ook dat hij relatief weinig de publiciteit zoekt. Sinds enkele maanden stuurt het ministerie nauwelijks persberichten meer rond, terwijl er onder Koenders regelmatig mededelingen de deur uitgingen, vrijwel altijd voorzien van een quote van de minister.

Speerpunten

Binnen de muren van het ministerie gaat de nieuwe minister juist wel voortvarend te werk, zo is de indruk van Sjoerdsma. “Hij is meer een beslisser dan Koenders. Die was wat meer professoraal. Nederland is op het wereldtoneel een kleine speler en een minister kan in een jaar maar zoveel reizen maken en gesprekken voeren. Zijlstra kiest voor een aantal speerpunten, zoals het verbeteren van de consulaire dienstverlening voor Nederlanders in het buitenland, en hij is direct naar de VN gegaan ter voorbereiding op het Nederlandse lidmaatschap van de Veiligheidsraad.”

Dat kordate optreden kan volgens Sjoerdsma ook een voordeel zijn. “Een goede diplomaat is niet alleen diplomatiek. Diplomatie is voortmodderen voor gevorderden. De ene keer moet je een coalitie smeden, dan weer iets met een fluwelen handschoen aanpakken, en een andere keer moet je er met gestrekt been in. Ik denk dat hij die verschillende facetten beheerst. Als fractievoorzitter zal hij achter de schermen ook vaak genoeg als oliemannetje hebben opgetreden.” Zijn oud-collega’s bij Buitenlandse Zaken roemen volgens Sjoerdsma dan ook het goede gevoel voor politieke verhoudingen dat hun nieuwe baas heeft.

Die kwaliteiten zal minister Halbe Zijlstra hard nodig hebben bij de daadwerkelijke diplomatieke opgaven die hem dit jaar na zijn geslaagde entree wachten. In maart moet hij bijvoorbeeld in New York vergaderingen van de VN-Veiligheidsraad voorzitten. Maar voor het zo ver is, dient hij eerst de lastige kwestie rond de Eritrese ambassade op te lossen.

Van accountant tot minister

Halbe Zijlstra (Oosterwolde, 1969) studeerde economisch management en sociologie in Groningen. Na als accountmanager te hebben gewerkt, begon hij in 2001 zijn eigen adviesbureau. Ondertussen zat hij in de Utrechtse gemeenteraad voor de VVD. In 2006 ging hij naar de Tweede Kamer. In 2010 werd hij staatssecretaris van onderwijs, cultuur en wetenschap in het eerste kabinet-Rutte, en vanaf 2012 was hij VVD-fractievoorzitter. Sinds eind oktober is Zijlstra minister van buitenlandse zaken. Hij woont in Wassenaar, is getrouwd en heeft een zoon.