Direct naar artikelinhoud
opinie

Israël-manifest Offringa is gebaseerd op foute aannames

Israël-manifest Offringa is gebaseerd op foute aannames
Beeld AP

Liberale theologen, verenigd in het schrijverscollectief Relivant, stellen in hun ­manifest dat de PKN haar onopgeefbare band met het Joodse volk moet beëindigen. Hun probleem is dat behoudende christenen de Joden beschouwen als het uitverkoren volk en daarom geen kritiek dulden op Israël, aldus Rachel Reedijk, lid van de Liberaal Joodse Gemeente en lid van de Sja'argroep in het OJEC.

In zijn interview in Trouw van 14 september wekt Jan Offringa de ­indruk dat het concept van de uitverkiezing zou gaan om een voorrangspositie. Het eeuwenoude misverstand.

Volgens een traditionele rabbijnse uitleg bood God de Thora aan diverse volkeren aan. De een na de ander weigerde om deze verantwoordelijkheid op zich te nemen. Ten slotte bleven de Joden over: “Wij doen het”. De orthodoxe ­opperrabbijn Immanuel Jakobovits (1921-1999) heeft eens gezegd dat verschillende volken voor verschillende ­taken zijn voorbestemd: wij zijn allemaal op onze eigen wijze uniek.

In ­onze moderne tijd staat de uitverkiezing voor een persoonlijke keuze die men steeds opnieuw moet maken om als jood door het leven te gaan.

Israëlzondag

Een reden om de Israëlzondag af te schaffen zou zijn dat Joden ‘niet meer recht hebben op het stukje land’. Een vreemde redenering, de Joodse hoofdstroom is immers van mening dat het land op een eerlijke manier verdeeld moet worden: de tweestatenoplossing. Veel Joden zullen desgevraagd zeggen dat kritiek op de Israëlische regering ­geoorloofd of zelfs wenselijk is.

Is er sprake van een ‘theologisch mijnenveld’? Iedereen weet dat de bijbelverhalen zich hebben afgespeeld in ­Kanaän, op de een of andere manier, en niet op de Tibetaanse hoogvlakte

De grens tussen wat nog wel en niet meer fair is, wordt helder aangegeven in de antisemitisme-definitie van de ­International Holocaust Remembrance Alliance: oordelen dienen zich in ­redelijkheid te verhouden tot de kritiek, in vergelijkbare situaties, op andere landen en regeringsleiders. De grens wordt overschreden als Israëls ­bestaansrecht wordt ontkend. De liberale theologen lijken zich onvoldoende bewust te zijn van dit hellende vlak. Natuurlijk is het pijnlijk als het Israëlisch-Palestijns ­conflict de interne verhoudingen op scherp stelt, maar polarisatie verdwijnt niet door het verbreken van een relatie. Het werkt eerder contraproductief.

Tibetaanse hoogvlakte

Offringa vraagt zich in vertwijfeling af wie Joods is: ‘De Palestijnen zeker niet’. Als predikant moet hij bekend zijn met het antwoord: als de moeder Joods is of, zoals steeds vaker gebeurt, als een van de ouders Joods is, of wanneer een proseliet na een intensieve procedure joods geworden is. Het Joodse volk is een lotsgemeenschap waar men door geboorte toe behoort. Tevens is het sinds bijbelse tijden – Ruth, de Moabitische – mogelijk geweest om toe te treden tot het jodendom. Wat suggereert Offringa in vredesnaam met zijn ­opmerking? Ligt zijn hart bij de Palestijnse zaak? Dat is zijn goed recht, maar eenzijdige empathie brengt de oplossing voor het Israëlisch-Palestijns conflict geen stap dichterbij.

Is er sprake van een ‘theologisch mijnenveld’? Iedereen weet dat de bijbelverhalen zich hebben afgespeeld in ­Kanaän, op de een of andere manier, en niet op de Tibetaanse hoogvlakte. Voor christenen is Israël het land waar Jezus heeft rondgelopen en gepredikt. Jeruzalem is voor moslims de plek van de hemelvaart van Mohammed. Dit pleit bovenal voor interreligieuze dialoog en samenwerking.

Geruststelling

Tot slot stelt Offringa dat in veel Israëltheologie de gedachte zit dat de joden uiteindelijk Jezus zullen aanvaarden.

Ik kan de theologen geruststellen: dat gaat niet gebeuren. Ook het verlangen om joden te bekeren zal niet verdwijnen door het verbreken van de relatie. Laat hij met zijn achterban in gesprek gaan. Maak duidelijk dat een missionaire visie op de relatie met joden en moslims niet meer van deze tijd is.

De vraag die blijft hangen, is: waarom heeft men deze steen in de vijver ­gegooid?

Lees ook:

De eigen groep voelt veiliger, dat is geen schande

Onder ogen zien dat we verschil maken tussen wie wel en wie niet op ons lijkt, is nuttig. Pas nadat wij erkennen hoezeer de natuur ons gedrag beïnvloedt, ontstaat de mogelijkheid om daaraan bewust voorbij te kunnen gaan, schrijft Trouw-lezer Edithe van den Borne.