Direct naar artikelinhoud

In de greep van Desi. Pieter Van Maele blikt terug op acht jaar Suriname

President Bouterse observeert een militaire parade in Paramaribo.Beeld AP

Vervuld van onbehagen verlaat Pieter Van Maele Suriname, het land waar hij sinds 2010 correspondent was. Hij zag Bouterse veranderen van de beloofde president voor alle Surinamers in een machthebber die er alleen nog voor zichzelf zit.

Ze werkte als staflid van de Universiteit van Suriname. Samen met haar beste vriendin woonde ze in een comfortabele huurwoning net buiten de stadsdrukte van Paramaribo. Na het betalen van de huishuur bleef er elke maand weer genoeg geld over om regelmatig in een restaurant te eten of een kroeg in te duiken, en minstens eenmaal per jaar een mooie reis naar het buitenland mee te pikken - Amsterdam, Rio de Janeiro of Willemstad.

Net als veel andere Surinamers lukte het ook mijn vriendin, Asmita, in de eerste helft van dit decennium op te klimmen tot de middenklasse van het land. Terwijl Europa nog volop worstelde met de naweeën van de kredietcrisis, profiteerde Suriname als grondstoffenexporteur van de torenhoge wereldmarktprijzen van goud en aardolie. Dat het goed ging met het land, merkte je overal. Over de Domineestraat in hartje Paramaribo denderden plots blinkende terreinwagens van Japanse makelij. Luxueuze supermarktketens met Franse kazen en Belgisch trappistenbier in het assortiment openden de deuren. De staatsschuld was nooit eerder zo laag, en de schatkist nooit eerder zo vol.

Bouterse beloofde veel, maar leverde weinig. Een demonstratie in Paramaribo, vorig jaar.Beeld ANP

Des te meer verwonderde het me dat, toen ik me in februari 2010 als journalist in Suriname vestigde, ik op de eerste plaats een enorm ontevreden land aantrof. Hoe hard de economie ook groeide en de levensstandaard jaar na jaar steeg, bij veel Surinamers overheerste het onbehagen. Om de welig tierende corruptie waaraan de regering van toenmalig president Ronald Venetiaan zich schuldig maakte. Om diens systeem van etnische politiekvoering, waarbij partijen hun ministeries gebruikten om loyalisten aan overheidsbaantjes te helpen. Om de politici die letterlijk vechtend over de vloer van het parlement rolden. Om de arrogante uitstraling van Venetiaan en diens entourage. Redenen genoeg om kwaad te zijn en vaak niet eens ten onrechte.

Het is precies dat onbehagen dat ertoe leidde dat Desi Bouterse in augustus 2010 de presidentiële ambtsketen van de Zuid-Amerikaanse republiek omgehangen kreeg. Een hele kiescampagne lang speelde de voormalige legerleider met het besmette blazoen - in 1980 aan de macht gekomen door een staatsgreep, in december 1982 vijftien tegenstanders van zijn militair bewind laten executeren, in 1999 veroordeeld door een Nederlandse rechtbank wegens drugssmokkel - meesterlijk in op dat algemene ongenoegen.

Natuurlijk zou het met Bouterse aan de macht allemaal anders worden, zo beloofde hij althans. Als militair wist hij namelijk wél wat aanpakken was. Er zouden vierbaanssnelwegen en viaducten verrijzen, net als diepzeehavens, woontorens en bruggen. Met het voortwoekerende cliëntelisme zou keihard worden afgerekend, en wel door een meedogenloze kruistocht tegen de corruptie te beginnen. En het belangrijkste van allemaal: Bouterse zou president worden voor alle Surinamers, ook voor de allerarmste inwoners van de meest afgelegen dorpjes.

Tandeloze tijgers

Een ambitieuze agenda, die Bouterse dacht gerealiseerd te krijgen als hij maar snel kon handelen. Lees: zonder tegenspraak. Dus in het machtscentrum beland, trok de president meteen alle macht naar zich toe.

Officieel heet het dat hij zo de bureaucratie omzeilt, en dus slagvaardig kan regeren. In realiteit komt het erop neer dat Bouterse de Surinaamse democratie, net als in 1980, opnieuw aan het wankelen brengt, alleen ditmaal van binnenuit. Het parlement en de regering zijn tandeloze tijgers geworden, die amper iets in de melk te brokkelen hebben. Alle beslissingen die ertoe doen, worden zonder uitzondering door de president en zijn adviseurs genomen. Achter de gesloten deuren van het presidentieel paleis, of in de late uurtjes op het achterterras van de residentie van het staatshoofd, bij een stevig glas whisky. Net als een bedrijf, dat wordt gerund door een CEO en een raad van bestuur. De nv Suriname met Desi Bouterse aan het hoofd.

Pieter Van MaeleBeeld rv

Fragiel

De aandeelhouders van die nv - het volk van Suriname - worden slechts enkele malen per jaar door het staatshoofd geïnformeerd. Niet door in het parlement verantwoording af te leggen, maar door ellenlange monologen te houden. Het liefst op televisie, voor de camera's van zijn eigen propagandadienst, waar ze hem niet in de rede vallen met lastige vragen.

Aanvankelijk viel die werkwijze nog in de smaak ook bij de Surinamers. De economie draaide op volle toeren, dus er was geld en Bouterse liet dat tegen de plinten klotsen. Kinderbijslag en pensioenen werden verhoogd, gezondheidszorg werd gratis, er kwam een minimumloon. Dat hij aan de grondbeginselen van de democratie en de scheiding der machten knaagde, dat nam vrijwel iedereen voor lief. Zelfs de amnestiewet die Bouterse door het parlement had gejaagd, waarmee hij het strafproces om de executies van december 1982 trachtte stil te leggen, namen ze voor lief. Het ging eindelijk eens echt goed met het land.

Hoe fragiel de hele situatie was, bleek echter toen de wereldmarktprijzen voor olie en goud vanaf 2013 harde klappen kregen, de monetaire reserves van de Centrale Bank daardoor als sneeuw voor de zon weer verdwenen en Suriname vervolgens vanaf 2016 te maken kreeg met gierende inflatie en opeenvolgende devaluaties. Tel daarbij op de talloze corruptieschandalen die met grote regelmaat naar buiten kwamen, en het verbaast niemand dat het volk weer aan het morren ging. Bovendien wist Bouterse wel de wetgevende en de uitvoerende macht naar zijn hand te zetten, maar lukte dat niet met de rechterlijke macht. De omstreden amnestiewet werd door de krijgsraad ontoepasbaar verklaard, waarop de aanklager eind juni twintig jaar cel eiste. Het kwam aan als een mokerslag.

Het presidentschap is voor Bouterse verworden tot een vehikel om uit de cel te blijven
Pieter Van Maele

Had Bouterse bij zijn aantreden in 2010 nog het oprechte voornemen om zijn land tot ontwikkeling te brengen, zodanig zelfs dat hij hoopte op een positieve manier de geschiedenisboeken in te gaan, dan blijft daar vandaag niks meer van over. Het presidentschap is voor Bouterse verworden tot een vehikel om uit de cel te blijven. Alleen als president kan hij het de krijgsraad namelijk moeilijk blijven maken om een veroordeling uit te spreken. Alle middelen die het mogelijk maken aan de macht en uit de cel te blijven, worden daarvoor ingezet. De staatsmedia overspoelen het publiek op radio, tv en internet non-stop met propaganda. Journalisten die kritische vragen stellen, worden afgeschilderd als subversieve elementen. Een voormalige advocate die eerder als minister van justitie onder Bouterse diende, en in die rol snoeihard uithaalde naar de rechterlijke macht, werd opnieuw aangesteld als voorzitter van het Onafhankelijk Kiesbureau. Dat is de organisatie die moet toezien op de rechtmatigheid van de volgende parlementsverkiezingen in 2020, waarvan Bouterse al gezegd heeft dat hij die zéker zal winnen.

Er is zelfs een Bureau Volkscontacten opgericht, een overheidsdienst die monitort welke sentimenten er in het land bestaan over de president, tot in de verst afgelegen woongemeenschappen. Wanneer in zo'n dorp wordt gemopperd omdat er al maandenlang geen diesel is geleverd voor de generator, dan zorgen informanten van het Bureau Volkscontacten ervoor dat die informatie de president bereikt. Waarna die ervoor kan zorgen dat er snel een vat olie naar het dorp wordt verscheept, om er de gemoederen tijdelijk te sussen.

Sinds het herstel van de democratie in 1987 heeft Suriname een bewonderenswaardige traditie van vrije en eerlijke verkiezingen opgebouwd. Het valt te hopen dat dit ook bij de volgende verkiezingen nog het geval zal zijn. Bouterse kan het zich persoonlijk eenvoudigweg niet veroorloven die te verliezen, dan dreigt hij achter slot en grendel te belanden. Recente opiniepeilingen zijn er niet, maar het lijkt bijna niet uit te sluiten dat de populariteit van de president door de economische crisis flinke klappen heeft gekregen.

Gemopper

Dat betekent ook dat het onbehagen dat ik aantrof bij mijn eerste kennismaking met Suriname in 2010, nu weer helemaal terug is van maar heel eventjes weggeweest. Alleen komt daarbij dat het gemopper niet plaatsvindt in tijden van voorspoed, maar na drie opeenvolgende jaren van recessie. En net zoals de voorspoed van weleer opviel, valt nu ook die tegenspoed op. Er gaat bijna geen dag voorbij waarin lokale media niet berichten over ambtenaren, leerkrachten of verpleegsters die worstelen met wekenlange salarisachterstanden. De Surinaamsche Bank, de grootste retailbank van het land, staat op omvallen. De regering vult put na put door steeds duurdere buitenlandse leningen aan te gaan. De pijnlijkste conclusie is wel dat de gemiddelde Surinamer vandaag armer is dan in 2010, het jaar waarin Bouterse aantrad. Toen verdiende een Surinamer volgens de Wereldbank gemiddeld 6267 euro per jaar. In 2016 was dat geslonken tot 5719 euro. Alle economische voorspoed van het afgelopen decennium is in drie crisisjaren weggevaagd.

Wanbeleid

Medio 2016 zegde Asmita het huurcontract op van het huis dat ze samen met haar beste vriendin huurde. Niet omdat ze ruzie hadden gekregen, maar omdat het door de onophoudelijke stijging van de wisselkoers maand na maand moeilijker werd de huishuur te betalen. Intussen vond ze een nieuwe baan, maar haar salaris ligt omgerekend in euro nog steeds aanmerkelijk lager dan vijf jaar geleden.

Nu ik na acht jaar correspondentschap Suriname verlaat, vraag ik me af hoe het al mijn Surinaamse vrienden zal vergaan die dankzij hard werken op een zuchtje stonden van een betere toekomst. Tot het wanbeleid van Bouterse hen terugbracht naar af. Ik denk aan Amanda en Horacio, dertigers met een dochtertje die een huis wilden bouwen maar dat plots niet meer konden betalen. Ik denk aan een taxichauffeur die ik ontmoette, de 28-jarige John, die elektrotechniek studeerde aan de universiteit maar zijn studie niet kon afmaken omdat hij zich het gestegen collegegeld niet meer kan veroorloven. En aan de vijfenzestigjarige Kawal, die veertig jaar geleden naar Suriname vluchtte wegens de armoede in zijn geboorteland Guyana. Zijn baan als nachtwaker levert hem nog 200 euro per maand op.

Lees ook: Een mokerslag voor Bouterse, de eis van twintig jaar cel vorig jaar

Pieter van Maele beschreef eerder samen met Ivo Evers hoe Desi Bouterse het geld ongeremd liet rollen als nieuwe president.