Direct naar artikelinhoud

De waarde van slooppanden

De waarde van slooppanden
Beeld © STUDIO 81 Photography

Ook een nieuw gebouw wordt ooit gesloopt. In de tussentijd is het een opslagplaats van nuttige grondstoffen. Architect Thomas Rau bedacht daarom het materialenpaspoort. 

Het kost zomaar 200.000 euro om een kantoorgebouw te slopen. Misschien kan er nog wat met het afval, puin voor onder snelwegen, hout kan wellicht opnieuw gebruikt; heel veel zal dat niet opleveren. 

Maar wat nu als zo’n gebouw nog een rijkdom aan grondstoffen bevat? Dan zou de sloper geen geld moeten krijgen, maar moeten betalen om het pand te mogen ontmantelen. Alleen: dan moet wel duidelijk zijn wat er nog allemaal aan verborgen schatten te vinden is.

Er wordt van alles aangeprezen als duurzaam en circulair, maar vaak gaat het niet erg diep
Lars van der Meulen, manager duurzaamheid bij VolkerWessels

Dat is wat het materialenpaspoort regelt. Daarin staat precies uit hoeveel staal, glas, baksteen, beton en andere materialen een pand bestaat. En, niet onbelangrijk, hoe het uit elkaar kan worden gehaald. Bouwer VolkerWessels beproeft sinds kort in de praktijk hoe zo’n paspoort eruitziet. Van een aantal nieuwbouwwoningen is de identiteit inmiddels vastgelegd, ook van een onderhoudstunnel en een waterzuiveringsinstallatie. Een viaduct en een bedrijfsgebouw volgen dit jaar, werd deze maand bekend.

Eindelijk controleerbaar

Als de bouwsector echt werk wil maken van duurzaamheid en hergebruik, dan is het paspoort een onmisbaar instrument, is de overtuiging van Lars van der Meulen, manager duurzaamheid bij VolkerWessels. “Er wordt van alles aangeprezen als duurzaam en circulair, maar vaak gaat het niet erg diep. Dat vind ik erg. Hoe we nu met grondstoffen omgaan, is niet houdbaar. De bouw gebruikt 40 procent van alle materialen in Nederland. Dat betekent dat de bouw een significante positieve invloed kan hebben, maar het ook significant kan verpesten. Met een materialenpaspoort worden de duurzame en circulaire claims transparant en controleerbaar. Dan kun je eindelijk zien hoe circulair een gebouw daadwerkelijk is.”

Het paspoort is een idee van architect Thomas Rau, nummer 12 in de Trouw Duurzame 100. Hij lanceerde in 2016 Madaster, een kadaster voor materialen. In zo’n systeem krijgen steen, beton, staal, glas, hout een eigen identiteit. Doel is om grondstoffen levend te houden, opnieuw te gebruiken of op te waarderen tot een ander product. Een gebouw wordt zo een opslagplaats van waardevolle grondstoffen in plaats van een gebruiksvoorwerp. De paspoorten vullen het Madaster met gegevens.

Lego-huizen

Vorig jaar zag het paspoort, een computersysteem, het licht. VolkerWessels sloot vanaf het begin aan en is een van de bedrijven die het instrument nu in de praktijk test. Neem de huizen van MorgenWonen, een project dat snelle woningbouw mogelijk maakt. Grote delen van de huizen, zoals gevels, vloeren en trappenhuizen, komen kant-en-klaar uit de fabriek. Op de bouwplaats passen de modules als Lego in elkaar. Ze staan in onder meer Huis ter Heide en Tilburg.

Tekst loopt door onder de afbeelding

Lego-huizen
Beeld © STUDIO 81 Photography

Die huizen hebben een materialenpaspoort, alles wat gebruikt is, staat erin. Grondstoffen en onderdelen zijn voor 70 procent opnieuw te gebruiken, zo is de score in het paspoort. “Bij iedere nieuwe versie van deze woningen, zou die score omhoog moeten gaan”, vindt Van der Meulen. “Het mooie van zo’n paspoort is dat je in de fase van ontwerpen al afwegingen gaat maken op basis van circulariteit. Je kunt zien: als ik dit materiaal gebruik, doet het dat met de score op circulariteit.”

Als een recyclebedrijf dit glas opnieuw wil verwerken, is het niet handig als er purschuim zit tussen glas en gevel. Dat moet er afgekrabd worden

Van der Meulen wijst naar de raamp­jes in zijn kamer in het, zes jaar oude, hoofdkantoor van VolkerWessels in Amersfoort. “Dit is een klein stukje glas, 60 centimeter breed. Als een recyclebedrijf dat opnieuw wil verwerken, is het niet handig als er purschuim zit tussen glas en gevel. Dat moet er afgekrabd worden, bij ieder raampje, dat levert te weinig op. Dat is een les uit de recycle-industrie waar wij als bouwers rekening mee moeten houden. Dat betekent dus vooraf meer afstemmen en overleggen met andere partijen, zoals leveranciers en afvalbedrijven.”

Zuinigheid op één

De bedoeling is om het paspoort aan de hand van de praktijk steeds te verbeteren. “De huizen van MorgenWonen hebben een volledig herbruikbare gevel. Eerst kwamen alle afzonderlijke delen in het paspoort: kozijnen, bakstenen. De gevel is echter veel meer waard als die in zijn geheel opnieuw gebruikt kan worden. Die mogelijkheid zit er nu in.”

Tegelijk maakt het opstellen van het identiteitspapiertje bouwers extra bewust van dilemma’s, ziet Van der Meulen. “Wat als je hout wilt hergebruiken met verf erop die schadelijk is? Als dat ten koste van de gezondheid gaat, ligt daar een grens. Hetzelfde geldt voor energieverbruik. Energiezuinigheid staat altijd op één, ook als de score op circulariteit dan iets minder wordt. Onderwerpen als gezondheid en energiegebruik, twee belangrijke duurzaamheidsaspecten, moeten daarom ook prominent in het materialenpaspoort worden meegewogen.”

Van der Meulen vindt dat het materialenpaspoort verplicht zou moeten worden voor nieuwe bouwprojecten. “Nu is er een groepje voorlopers mee bezig. Ik denk dat het een paar jaar duurt voordat het in aanbestedingen terechtkomt. Ik hoop dat opdrachtgevers het al eerder als gunningscriterium meenemen. Bouwende overheden zouden dat moeten doen, zoals Rijkswaterstaat.” Die tonen wel interesse. Rijkswaterstaat wil een paspoort hangen aan een nog te bouwen circulair viaduct, dat uit losse modules zal bestaan.

Opdrachtgevers denken vaak vanuit beperkingen. Dit wordt op basis van ervaringen in de markt ontwikkeld, dat werkt beter

4 miljoen restwaarde

Ook de financiële sector heeft belangstelling. Zo is ABN Amro bij de ontwikkeling van het paspoort betrokken. “Beleggers in vastgoed vinden het wel interessant. Stel ik heb een project van 10 miljoen euro, maar over dertig jaar resteert nog een waarde van 4 miljoen euro. En een ander doet het voor 8 miljoen euro, zonder restwaarde. Dan is dat eerste interessanter voor investeerders. Accountants gaan de financiële kant verder ontwikkelen. Tegen welke prijzen je de grondstoffen moet waarderen die pas over dertig of veertig jaar weer vrijkomen, is een van de vragen.”

Tekst loopt door onder de afbeelding 

4 miljoen restwaarde
Beeld © STUDIO 81 Photography

In theorie zouden opdrachtgevers, zoals de overheid, ook zelf een materialenpaspoort op kunnen zetten. “Maar als we moeten wachten op beleid duurt het te lang”, stelt Van der Meulen. “Opdrachtgevers denken vaak vanuit beperkingen. Dit wordt nu op basis van de ervaringen in de markt ontwikkeld, dat werkt beter.”

Als landen op de maan

Om het paspoort te ontwikkelen tot een nationale standaard heeft architect Thomas Rau Madaster Foundation opgericht, een onafhankelijke stichting. Zogeheten ‘Kennedy’s’, 33 ambassadeurs, financieren het platform. Ieder hebben ze 25.000 euro in gelegd. De naam Kennedy’s is geïnspireerd op de aankondiging van de voormalige Amerikaanse president John Kennedy in 1962 dat Amerikanen op de maan zouden landen. Hij wist niet hoe, maar wel dat het mogelijk was en ging gebeuren. Onder de ambassadeurs zijn bouwers VolkerWessels, Ballast Nedam en Dura Vermeer, projectontwikkelaar OVG, Schiphol, Alliander en ProRail.

Het platform, eigenlijk een online materialenbibliotheek, sluit aan bij de bestaande informatiesystemen in de bouw, zodat er niet een berg administratie bijkomt. De lijst bouwmaterialen die al gemaakt wordt, krijgt aanvulling van extra gegevens over constructie en circulariteit. 

Als een van de partijen die het paspoort testen een verandering voorstelt, zoals een hele gevel registreren in plaats van de afzonderlijke onderdelen, dan wordt gekeken of dat in de software verwerkt kan worden. Inmiddels is ruim 250.000 vierkante meter vloeroppervlak in Madaster geregistreerd, dat is vergelijkbaar met ongeveer 36 voetbalvelden. Bestaande gebouwen kunnen ook een paspoort krijgen, het is dan wel lastiger alle materialen en constructies te achterhalen. 

Ongelooflijk pijnlijk vond Thomas Rau het te bedenken dat hij 25 jaar het verkeerde had nagestreefd. Duurzaam bouwen? Daar verander je de wereld niet mee! Waarmee wel? Met de Universele verklaring voor de rechten van het materiaal. Trouw interviewde de architect.