Direct naar artikelinhoud

Zonneparken nemen steeds meer ruimte in beslag

In Oudkarspel grazen de schapen onder de zonnepanelen.Beeld Hollandse Hoogte / Jaco Klamer

Zeeën van zonnecellen leken ooit voorbehouden aan woestijngebied, maar ook in Nederland komen op boerenvelden en in natuurgebied steeds meer zonneweides. Goed voor de schone energie, maar wat betekent dit voor het landschap?

Er groeien nu bieten en aardappelen. Boerenland, 45 hectare. Volgend jaar moet op dit veld, in Middelharnis bij natuurgebied Haringvliet, een zee van zonnepanelen verschijnen. Bijna 134.000 stuks wil energiebedrijf Nuon er plaatsen. Keurig in rijen, op metalen pootjes, anderhalve meter van de grond. Een mini-energiecentrale kun je het gerust noemen, goed voor stroomlevering aan circa tienduizend huishoudens. De boer wil wel; die leent zijn grond uit aan Nuon, 25 jaar lang, tegen betaling.

Tussen elke rij zonnepanelen blijft een meter of twee vrij, zodat de zonnepanelen geen schaduw op elkaar werpen. In de open ruimte krijgen bloemen en planten, heel natuurlijk, kans om te gaan groeien. “Precies de bedoeling”, zegt projectontwikkelaar Sven Kamphues, die bij het (grotendeels fossiele) energiebedrijf Nuon werkt aan schone energie, windparken en zonneweides. Door een zonnecentrale te bouwen op de landbouwgrond, zegt Kamphues, krijgt het akkerveld een dubbele nieuwe functie. Productie van schone energie én ecologische waarde, is het idee. Ongerepte begroeiing moet zoogdieren en insecten verheugen. Alle seinen staan op groen, slechts een krul onder de subsidieaanvraag is nog nodig.

Alleen dromen

Tot een paar jaar terug konden Nederlandse energiebedrijven alleen dromen van zo’n project. Zonnepanelen plaatsen, dat deed je op een dak. Ja, in woestijngebied, daar stonden wel al duizelingwekkende hoeveelheden zonnecellen bij elkaar. Goed, het moet nog echt beginnen, maar tientallen megaprojecten staan nu ook híer gepland. Concreet, met subsidie en vergunningen. Energiebedrijven, ontwikkelaars en zelfs buitenlandse investeerders azen op stukken poldergrond, voor de bouw van zonnepanelen. De tijd lijkt rijp. Zonnecellen zijn snel goedkoop geworden, de overheid geeft stabiele subsidies. Grondeigenaren staan, net als bij windmolenprojecten, klaar om hun erf beschikbaar te stellen, voor vaak royale vergoedingen.

Akkers en weides moeten energie gaan leveren in plaats van voedsel

“Nederland heeft zonneweiden keihard nodig”, zegt Kamphues. De doelen voor schone energie worden nog niet gehaald. Ook de Amsterdamse investeringsmaatschappij Lightsource, gespecialiseerd in zonneweides, zegt: alleen op daken zonnecellen leggen is niet genoeg. Aardig wat percelen landbouwgrond en natuur moeten energie gaan leveren in plaats van voedsel, zegt Lightsource. Dat is precies wat oud-minister Bleker (CDA) van Landbouw vorige week betoogde in NRC Handelsblad. “Natuurgebieden opofferen voor zonne-energie? Ik hoor het verzet al klinken”, schreef hij. “Maar, het gaat niet om opofferen. Het gaat om het combineren van functies door bijvoorbeeld in natuurparken zoals de Oostvaardersplassen en Park De Hoge Veluwe op een slimme manier tien procent van de oppervlakte voor zonne-energie beschikbaar te stellen.”

Weerstand

Zonneweiden mogen dan laag zijn, dat maakt ze niet onomstreden. Bewoners willen niet uitkijken op donkerblauwe, glanzende velden. Het Friese dorp Wirdum, nabij Leeuwarden, was vorig jaar in rep en roer, door een plan voor 41 hectare vol zonnecellen. ‘Actiecomité Zonne-akker’ protesteerde, het project werd ingetrokken. Er mogen nog zonnecellen komen, op het erf van de boer die daarvoor tekende, maar aanzienlijk minder. Meer initiatieven stuiten op bezwaren, zoals in Alteveer, waar 200.000 zonnepanelen gepland staan.

Bij natuurliefhebbers ligt de komst van zonnevelden vaak ook zeer gevoelig. Wat merken de weidevogels? En zoveel ruimtebeslag voor een beetje groene energie, zeggen die, dat moet toch slimmer kunnen? Het klopt dat een handvol windturbines, de grootste exemplaren dan, hetzelfde energievermogen kan leveren als een zonneweide. Maar, zegt ook het kabinet, Nederland moet álle duurzame energievormen met beide handen aangrijpen. Alleen dan is het mogelijk om internationale achterstand – het is bekend: we bungelen onderaan ranglijstjes – in te lopen.

Niet zomaar geregeld

Windturbines plaatsen is ook niet zomaar geregeld, al gaat het op zee wel goed. Zodra er plannen verschijnen voor windmolens op land staat er wel een actiegroep op om protest aan te tekenen. “Dat is ook wel het mooie aan zonnecentrales”, zegt Kamphues van Nuon, “de lokale impact is zeer gering.” Niet voor niets leggen verschillende Nederlandse gemeenten, zoals Middelharnis, zichzelf niet alleen doelen op voor nieuwe windmolens, maar ook voor zonnecellen. Nuon doet het in Middelharnis trouwens allebei. Het bedrijf zet eerst zes windmolens neer. De zonneweide komt ernaast en kan energie via de kabel van het windmolenparkje aan huizen leveren. Handig, zegt Kamphues. “Het scheelt aansluitkosten.”

Wie wil kan via crowdfunding straks meedoen aan het project

Ja, er is wel een belangengroep die in de gaten houdt wat Nuon van plan is bij Haringvliet, officieel een bijzonder natuurterrein (Natura2000). Natuur- en Landschapsbescherming Goeree-Overflakkee (NLGO) stuurde afgelopen zomer een reactie op. Niet om te zeggen: we willen dat zonnepark niet hebben, NLGO vroeg vooral om een nette ‘landschappelijke inpassing’. Het liefst met bessenstruiken eromheen. De groep wil ook betrokken blijven. Directe omwonenden zijn er nauwelijks. Twintig mensen wonen in een straal van 900 meter om het park. Wie wil, zegt Nuon, kan via crowdfunding straks meedoen aan het project. Zulke particuliere mede-eigenaren kunnen mogelijk financieel meeprofiteren.

Nuon zorgt voor ‘natuurcompensatie’. Het bedrijf laat, in samenspraak met het Waterschap, slootjes aanleggen met rietkragen. “Helemaal rondom”, zegt Kamphues. Dat moet voor gezond water zorgen, goed voor dieren. Je kunt ook schapen onder de zonne-installatie laten rondlopen. Dat staat geinig. Op de meeste schetsen van grote zonneweiden worden er wel wat schaapjes bijgetekend. “Het blijven wel grazers he”, zegt Kamphues. “Ze houden het gras kort, maar de bloemetjes vinden ze het lekkerst.” Het is dus de vraag, zegt hij, of het verstandig is om er schapen bij te zetten, wil je de biodiversiteit bij een zonneweide vergroten.

Inpassen

Zonneparken gaan in Nederland ruimte in beslag nemen, voorspellen onderzoekers van Energie Centrum Nederland (ECN) en de Universiteit Wageningen samen in een energiestudie. Dat gaat discussie opleveren, zeggen zij. De onderzoekers vinden daarom dat bewoners moeten kunnen meedenken over de inpassing van zonnecellen in een landschap. Nog een advies aan ontwikkelaars is: denk aan goede kleuren en vormen: ‘glooiende lijnen en natuurlijke elementen in het landschap’.

Wat ook kan, zegt overheidsdienst Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed, is een zonnepanelenveld er juist uit laten springen. Niet verstoppen achter planten of een omringend dijkje (zoals bij het zonnepark op Ameland), maar juist benadrukken dat de cellen er zijn. Almere heeft al een prominent ‘zonne-eiland’, met een autoweg erin. “Als landmark kan zonne-energie bijdragen aan de identiteit van een gebied”, zegt de Rijksdienst. Dat is wat Goeree-Overflakkee, dat een ‘energy island’ wil worden, voor ogen heeft bij Middelharnis. Er moet een fietspad van 800 meter komen, zodat mensen de energiecentrale kunnen bekijken. Het moet een plek worden voor recreatie, een ‘energielandschap’ noemt Nuon het. Er zal zelfs een uitkijkpunt komen. Vanaf daar kunnen mensen neerkijken op de panelen. Donkerblauw, met een glinstering. Wie dat door zijn oogharen bekijkt, moet straks vast een beetje aan kabbelend water denken.

Maak het ontwerp niet te aanlokkelijk voor vogels om bovenop te gaan zitten, anders komen de panelen onder de vogelpoep te zitten

Dat geldt trouwens ook voor overtrekkende vogels. Daar moet Nuon nog wel wat op verzinnen. Er bestaat een risico dat watervogels zoals ganzen het zonneveld vanuit de lucht aanzien voor water, een mooi landingsplekje. “We willen natuurlijk geen vogels laten crashen”, zegt Kamphues van Nuon. Het energiebedrijf bekijkt nog of er aanpassingen nodig zijn. Ecologisch adviesbureau Waardenburg suggereerde: voorzie de zonnecellen van een witte omlijsting. Ook het gebruik van een matte zonnecel kan bij watervogels de indruk wegnemen dat ze water zien. Nuon kreeg van een ervaren collega-zonneparkbouwer nog een andere tip over vogels. Maak het ontwerp niet te aanlokkelijk voor ze om bovenop te gaan zitten, anders komen de panelen onder de vogelpoep te zitten. Niet zo bevorderlijk voor de energieopbrengst.