Direct naar artikelinhoud

Zes weken vaderschapsverlof, maar wie betaalt?

Wie gaat zes weken ouderschapsverlof voor vaders betalen?Beeld ANP XTRA

De Sociaal-Economische Raad komt met een verrassend advies: jonge vaders moeten niet een paar dagen, maar zes weken betaald verlof krijgen. De sociale partners en minister Koolmees van sociale zaken botsen alleen nog over de cruciale vraag: wie betaalt dit?

'Waanzin', noemde voormalig VNO-NCW-voorzitter Bernard Wientjes vorig jaar de uitbreiding van het vaderschapsverlof van twee naar vijf dagen dat op 1 januari 2019 ingaat. Nu ligt er een voorstel van werkgevers, werknemers en externe deskundigen vanuit de Sociaal Economische Raad (Ser) om vaders zes weken betaald verlof te geven. 

Niet alleen vaders moeten zes weken betaald verlof kunnen krijgen, ook moeders moeten naast de zestien weken zwangerschaps- en kraamverlof nog recht krijgen op zes weken vrij in het eerste half jaar nadat de baby is geboren, vindt de Ser. De Raad is zelf enorm verheugd dat ze dit unaniem gedeelde advies aan de regering kunnen uitbrengen. 'Een mijlpaal', klonk het in de vergaderzaal van de sociale partners.

Het vasthouden aan een paar dagen vaderschapsverlof lijkt ook een bij voorbaat verloren strijd. Vanuit de Europese Unie ligt er al een voorstel om voor de hele EU naar tenminste tien dagen te gaan, en daarnaast moet vier maanden vaderschapsverlof mogelijk worden, voor een ietwat lagere vergoeding dan het salaris.

Premier Mark Rutte sputterde daar onlangs nog tegen. “Nederland doet het stap voor stap”, zei hij tijdens een EU-top in Zweden, het land waar ouders gezamenlijk zestien maanden betaald vrij krijgen. Zij mogen die onderling verdelen, maar iedere ouder moet tenminste drie maanden daarvan opnemen, anders ben je ze kwijt.

In het regeerakkoord is ook al opgenomen dat partners, doorgaans vaders, na de vijf dagen betaald kraamverlof aanvullend verlof krijgen van vijf weken per 1 juli 2020. Dat moet binnen een half jaar na de geboorte worden opgenomen. De werknemer krijgt die weken een vergoeding van 70 procent van het loon. Dit was een wens van CDA en D66, zij pleitten in hun verkiezingsprogramma zelfs voor drie maanden betaald partnerverlof.

In Zweden krijgen ouders per geboren kind opgeteld zestien maanden betaald vrij.

Dat werkgevers na jaren weerstand nu ook instemmen met zes weken verlof is dus opmerkelijk, maar toch ook wel logisch. Het was vechten tegen de bierkaai. Door nu samen met de vakbonden en de kroonleden van de Ser in een brief de zes weken te omarmen, is de kans groter dat de minister van sociale zaken, Wouter Koolmees, meegaat met hun advies.

Niet uit de belastingpot

Met daarin wel één belangrijk verschil met het plan uit het regeerakkoord: De staat moet het betalen. Koolmees vindt dat de werkgevers en werknemers de regeling zelf moeten bekostigen via premies. “Zes weken is een goed idee, zowel voor de arbeidsmarkt als voor de band tussen ouder en kind. Die regeling gaan we dus uitwerken. Maar niet betaald uit de belastingpot van de minister van financiën”.

Die mededeling zal de stemming bij werkgevers wel weer doen omslaan. Nu tonen ze in het Ser-advies eindelijk bereidheid om hun werknemers zes weken extra kwijt te zijn als er kind wordt geboren. De werkgevers moeten dan op zoek naar vervanging en deze zelf betalen. Een heel gedoe dus. Maar dan ook nog de thuiszittende ouder salaris doorbetalen, is voor werkgevers echt een stap te ver.

De werknemers, verenigd in de vakbonden, lieten weten heel blij te zijn, maar dat het nog wel een stapje verder mag gaan. Zes weken is eigenlijk niet genoeg. En de FNV wil dat ook moeders extra verlof krijgen van zes weken, zoals in het Ser-advies staat. FNV-coördinator Zakaria Boufangacha: “Het zou de normaalste zaak van de wereld moeten zijn dat vaders en moeders maximaal worden gefaciliteerd bij de zorg voor kinderen.” 

Lees ook:

Enkele weken langer vaderverlof rond de bevalling is volgens jurist arbeidsrecht Loes Dreschler niet nodig, maar juist ongewenst.