Direct naar artikelinhoud
Update

Ook Franse premier blijft voor boerkiniverbod

Ook Franse premier blijft voor boerkiniverbod

In navolging van enkele burgemeesters van diverse Franse gemeenten zegt ook de premier van Frankrijk vast te willen houden aan het boerkiniverbod. Met die opstelling staan ze recht tegenover de Raad van State die in een voorlopig besluit heeft geoordeeld dat het verbod ingaat tegen de burgerlijke vrijheden.

Frankrijk heeft behoefte aan een moderne en seculiere islam. Het idee van een boerkini botst met dat idee, zo schrijft de Franse premier Manuel Valls op zijn Facebookpagina. Volgens de premier is de boerkini een symbool van onderdrukking. 'Het verbod op de boerkini ondermijnt de persoonlijke vrijheid niet. Er is geen vrijheid die vrouwen onderdrukt', aldus de premier. Er moet een onderscheid worden gemaakt 'tussen de politieke islam en de religieuze islam.'

De politie in Nice zal gewoon boetes blijven uitdelen aan moslima's die geen gehoor geven aan het verbod, zo zegt de burgemeester van de badplaats. Ook in Fréjus worden moslimvrouwen die geen regulier badpak dragen nog steeds beboet. De burgemeester van Sisco, een plaats op het eiland Corsica, is dezelfde mening toegedaan. "Er zijn hier veel spanningen en ik trek mijn decreet niet in'', zei burgemeester Ange-Pierre Vivoni tegen BFM TV.

Vrijdagmiddag oordeelde de Franse Raad van State dat de verboden in strijd zijn met basale burgerrechten. In zijn oordeel schrijft de Raad dat het betwiste boerkiniverbod een 'ernstige, duidelijk illegale inbreuk vormt op fundamentele vrijheden, waaronder de vrijheid van beweging, de vrijheid van geweten en de persoonlijke vrijheid'. Het betreft een voorlopig oordeel; de Raad heeft nog wat meer tijd nodig voor de definitieve motivering, al zal die in grote lijnen hetzelfde blijven.

Strikt genomen heeft het oordeel van vanmiddag alleen betrekking op het verbod uit de gemeente Villeneuve-Loubet, vlakbij Cannes in de Provence. Maar er gaat een belangrijke precedentwerking van uit.

Overige badplaatsen
Daardoor komen ook de verboden in de overige dertig badplaatsen op losse schroeven te staan. Als er lokaal een rechtszaak tegen deze verboden wordt aangespannen, zullen ze na vanmiddag hoogstwaarschijnlijk geen stand houden. De gemeenten kunnen hun verordeningen ook uit eigen beweging intrekken.

De zaak tegen de gemeente Villeneuve-Loubet, die het verbod op 5 augustus invoerde, was aangespannen door de Franse Liga voor de Mensenrechten en door het Collectief tegen Islamofobie in Frankrijk. De twee organisaties vochten het verbod eerder al aan bij een lokale rechter, maar vingen toen nog bot. De lokale rechter ging mee met de gemeente Villenuve-Loubet, die het verbod noodzakelijk vond voor de openbare orde. Boerkini's zouden in deze tijden van extremistische aanslagen zoveel weerstand oproepen dat er relletjes door konden ontstaan. Daarom was het verbod gerechtvaardigd.

Somber
Juristen en sociologen wijzen er al weken op dat de verboden juridisch geen stand konden houden. De Franse wetgever beschermt juist bij uitstek individuele vrijheden, waaronder die van religie en geweten. Vanwege de openbare orde kan een burgemeester die vrijheden weliswaar inperken, maar dan moet hij wel eerst hebben aangetoond dat er een wezenlijk gevaar is en dat hij de orde op geen enkele andere manier kan beschermen. Aan die voorwaarden is in geen van de badplaatsen voldaan, waardoor het er voor de verboden somber uitziet.

Maar in de Franse politiek is de geest uit de fles. Terwijl links verdeeld is, blijven politici aan de rechterkant van het spectrum vierkant en eensgezind achter de burgemeesters en hun verbod staan. Tal van rechtse prominenten, onder wie presidentskandidaat Nicolas Sarkozy, vinden zelfs dat het boerkiniverbod snel moet worden vastgelegd in een nationale wet. Twee parlementariërs van Sarkozy's partij Les Républicains, Eric Ciotti et Guillaume Larrivé, kondigden gistermiddag alvast aan dat ze werken aan een wetsvoorstel dat de boerkini in het hele land zal verbieden. Het is overigens zeer de vraag of zij hun tekst zo kunnen formuleren dat de Raad van State ermee akkoord gaat.