Direct naar artikelinhoud
Column

Plotseling vloeide mijn geluksgevoel weg: mijn mobiel was verdwenen

Plotseling vloeide mijn geluksgevoel weg: mijn mobiel was verdwenen
Beeld Trouw

Voelt u het ook, die krachtige onderstroom die vanuit je tenen langzaam omhoog slentert naar je onderbuik, je hart walsend bereikt en via een slagader uiteindelijk je hersenen in een zee van serotonine dompelt? 

Zo voelt een opkomend sentiment van onaangekondigd geluk. Het gebeurt bij mij elk jaar rond deze tijd als de tandeloze muil van de winter naar lucht begint te happen. Ik voel het dan in al mijn poriën: de lente is misschien nog maar een schim, maar ze dringt nu al door in mijn geestesgesteldheid. Ik heb het natuurlijk gemakkelijk hier in Toscane, waar ik tot donderdag verblijf. Geen natte sneeuw en geen bevroren wegdek, maar een temperatuur met dubbele cijfers.

In een dergelijke positieve gemoedstoestand is het des te hachelijker om een passend onderwerp te vinden dat niet uit een bad van zuur is gevist. Maar waar vind je tegenwoordig constructief nieuws? Ik bracht eergisteren mijn geliefde naar het Italiaanse vliegveld, ze keert eerder terug naar Nederland dan ik. Toen ik me een paar uur later wilde verzekeren dat haar vliegtuig niet in de Alpen was gecrasht, maar in Nederland was geland, vloeide mijn geluksgevoel plotseling weg: bellen was onmogelijk. Ik zocht overal maar moest constateren dat ik geen Samsung Note 4 meer bezat. Het moest op het vliegveld zijn gebeurd. Gestolen of verloren. Probeer dan nog maar constructief te denken met in je achterhoofd het idee dat een maffioso nu gratis op je schermpje zit te tikken. Na een paar uur in de ‘in zak en as-stand’ te hebben gezeten, begon het bombardement op mijn tablet, het reservescherm in huis.

‘Ik herken u al van een van de foto’s op uw telefoon, die met uw hondje’, zei de douanebeambte.

Poliziotto

Op mijn mobiele telefoon bevinden zich allerlei toegangskanalen om de Nederlandse sociale netwerken te betreden. En via WhatsApp, Messenger en Facebook waren heel wat virtuele vrienden en familieleden in Nederland op mijn verlies geattendeerd. Mijn mobieltje was op het vliegveld gevonden en nu was een politiebeambte, spreek uit poliziotto, druk bezig mijn netwerkkring in rep en roer te brengen: ‘We are the police. Can you call the owner?’ en ‘il telefonino si trova a police Pisa’. Aangezien zich er onder mijn facebookvrienden heel wat Trouw-lezers bevinden, werd de redactie van de krant spoedig gewaarschuwd. Ik kreeg dan ook vanuit Amsterdam het goede nieuws per e-mail toegestuurd: gevonden en veilig!

Maar er moeten toch sociale netwerk-verslaafden zitten, daar in Ufficio Polizia Pisa Airport, want uren later kreeg mijn dochter, midden in de nacht, een paar whatsappberichten binnen: ‘Il tuo papa ha perso il telefono’. Dochterlief spoedde zich naar Google en schreef terug: ‘Papa avvertito, grazie mille!’

Gisterochtend stak ik mijn paspoort onder de neus van een Italiaanse vrouw in uniform op Pisa Airport. Ze wuifde glimlachend mijn identiteitsbewijs weg: ‘Ik herken u toch al van een van die foto’s op uw telefonino, die met uw hondje weet u wel?’ Wil je het nog constructiever hebben aan de drempel van de lente?

Lees hier meer columns van Sylvain Ephimenco.