Direct naar artikelinhoud
Ouderschap

Staatscommissie: Kind moet vier ouders kunnen krijgen

Staatscommissie: Kind moet vier ouders kunnen krijgen

Het is hoog tijd dat vier ouders het gezag over een kind kunnen krijgen. Nu ligt de grens bij twee waardoor niet alle ouders die zich over de opvoeding van een kind ontfermen, ook juridisch als ouder gelden. Dat is niet meer van deze tijd, stelt de staatscommissie Herijking Ouderschap onder leiding van oud-burgemeester Aleid Wolfsen, die vanmiddag een lijst met aanbevelingen heeft gepresenteerd.

De staatscommissie heeft zich op verzoek van het kabinet ruim tweeënhalf jaar gebogen over de modernisering van het familierecht. De behoefte om het hele familierecht eens onder de loep te nemen ontstond na een debat in 2013 over de wet op het lesbisch ouderschap. Die regelt dat getrouwde vrouwen na het overleggen van een donorcertificaat vanaf de geboorte van hun kind meteen beide ouder zijn.

Na een verkenningstocht in binnen- en buitenland komt de tienkoppige commissie met juristen, pedagogen en sociologen tot de conclusie dat alternatieve gezinsvormen in principe niet schadelijk zijn voor kinderen. Of zij nu opgroeien in eenoudergezinnen, samengestelde gezinnen met stiefouders of pendelen tussen twee homostellen, zo lang het kind weet hoe het is ontstaan, is het welzijn en de zelfontplooiing van het kind niet in het geding. 

Met die conclusie in de hand is het volgens de commissie niet meer dan logisch en bovendien noodzakelijk dat de wet zich aanpast aan wat in de praktijk gaande is. Ook kinderen die in alternatieve gezinsvormen opgroeien, moeten immers juridisch goed beschermd worden. "Een juridische ouderschapsband met het kind biedt meer zekerheid dat ouders en kind ook tijdens het opgroeien van het kind met elkaar verbonden blijven", aldus de commissie.

Directe rechten

In de praktijk levert die conclusie een lange lijst aanbevelingen op. Zo moeten vier ouders het gezag over een kind kunnen krijgen, mits zij voor de geboorte toestemming vragen aan de rechter en het kind in maximaal twee huishoudens opvoeden. Getrouwde vrouwen moeten zonder donorverklaring automatisch ouder kunnen worden van hun kind. Verder wil de commissie dat bij adoptie van bijvoorbeeld pleegkinderen niet langer alle banden met de biologische ouders worden doorgeknipt. 

De commissie breidt ook de directe rechten voor het kind uit, wiens belangen in haar ogen altijd voorop moeten staan. Zo zouden kinderen vanaf acht jaar standaard gehoord moeten worden als er iets verandert in het ouderlijk gezag. Ook moet het kind, zodra het daar behoefte aan heeft en indien nodig onder begeleiding, informatie over zijn ontstaansgeschiedenis kunnen inzien. Nu ligt de leeftijdsgrens voor inzage op zestien jaar. Ouders mogen vervolgens eventuele contacten tussen kind en donor of draagmoeder niet frustreren. 

Opvallend is verder dat de commissieleden voorstellen om draagmoederschap in Nederland bij wet te regelen. Dit kan volgens hen voorkomen dat wensouders uitwijken naar het buitenland waar 'het onderscheid tussen draagmoederschap en kinderkoop niet altijd helder is'. Regel het daarom in Nederland zorgvuldig bij wet, stellen zij, want zo kunnen de belangen van kind, draagmoeder en wensouders goed worden afgewogen en heeft het kind meer kans ooit te weten te komen hoe hij is ontstaan.

Zo zouden kinderen vanaf acht jaar standaard gehoord moeten worden als er iets verandert in het ouderlijk gezag

Congres

Minister Ard van der Steur (VVD, veiligheid en justitie) zei na afloop van de presentatie positief te staan tegenover het meeroudergezag dat de staatscommissie voorstelt. Ook voelt hij, mits onder strikte voorwaarden, voor een wettelijke regeling voor draagmoeders in Nederland. Het familierecht moet weer gaan aansluiten bij de praktijk, zei hij. "Die regenbooggezinnen zijn er al. Er is helemaal niks mis mee als wij regelen wat in Nederland bestaat. Daar mogen wij best een gidsland in zijn."

Om te kijken of de plannen ook op maatschappelijk draagvlak kunnen rekenen, organiseert Van der Steur in februari een congres met betrokken partijen. Ook zal rond die tijd een bijeenkomst plaatsvinden waar kinderen hun zegje kunnen doen. "Het belang van het kind moet voorop staan", aldus de minister. Het zal vervolgens aan het volgende kabinet zijn om aan die bevindingen politieke stappen te verbinden.