Direct naar artikelinhoud

Bonden en werkgevers: ze slaan even geen deuk in een pakje boter

Bij de Ser worden nog wel wat ideeën uitgewisseld, maar veel concreets wordt er niet verwacht.Beeld rv

Muisstil is het. Al bijna een half jaar. Het volgens werkgevers stringente ontslagrecht, de hordes onverzekerde zelfstandige ondernemers en de overdaad aan flexibele contracten; de polder zoekt er geen oplossingen meer voor. 

Over een nieuw pensioenstelsel wisselen werkgeversorganisaties en vakbonden binnen de Sociaal Economische Raad (Ser) nog wel wat ideeën uit, maar ook dat overleg kraakt als een fietsketting die op knappen staat. En knappen kan ook dat pensioenoverleg elk moment doen, weten betrokkenen.

Heel bevorderlijk voor het proces is het dan ook niet dat voorman Michaël van Straalen van MKB Nederland deze week zijn aftreden bekendmaakte. Per direct stapt hij op. Nog maar drie maanden terug juichte een zaal vol middelgrote en kleine ondernemers hem toe in de Haagse Grote Kerk. Het was de dag waarop het nieuwe kabinet het regeerakkoord bekendmaakte, ook de dag waarop datzelfde akkoord een werkgeversakkoord gedoopt werd. Noem het nieuwe kabinet Michaël I in plaats van Rutte III, grapten de ondernemers dan ook vanwege de geboekte Haagse successen. Maar, zegt Van Straalen nu, veel meer successen zitten er voor hem niet in. Hij voelt een te grote kloof met zijn belangrijkste partner: grote broer VNO-NCW. De scheidend voorzitter voelt te weinig ruimte binnen de samenwerking om “vorm en inhoud te geven aan het profiel van MKB Nederland”, aldus het persbericht.

Diezelfde kloof deed volgens de vakbonden vijf maanden geleden het veertien maanden durende arbeidsmarktoverleg klappen. Over een van de meest heetgebakerde onderwerpen - hoe om te gaan met de doorbetaling van langdurig zieke werknemers - was er bijna een akkoord. Totdat er in de woorden van FNV-voorzitter Han Busker “een aap uit de mouw” kwam. Eerdere overeenstemmingen golden plots niet meer, omdat de twee werkgeversorganisaties er onderling niet uitkwamen.

Het een staat niet in verband met het ander, houden de werkgevers nog steeds vol. Toch geeft directeur en waarnemend voorzitter Leendert-Jan Visser van MKB Nederland toe dat het af en toe “schuurt” met VNO-NCW. “Voor ons is de loondoorbetaling bij ziekte ontzettend belangrijk. Bij grote bedrijven staat deze kwestie ergens op plaats vijftien van hun prioriteitenlijst.” Want waar kleine ondernemers het als een strop ervaren om twee jaar achtereen een zieke werknemer uit te betalen, voelen de goed verzekerde, grote bedrijven veel minder pijn als een van hun personeelsleden langdurig uit de running is. Net zo min vinden ze elkaar op andere vlakken.

Geen tijd voor bakkeleien

Maar ook aan de werknemerskant liggen ze met elkaar in de clinch, bleek een paar weken terug. Mariëtte Patijn, vicevoorzitter van de grootste vakbond, stapte per direct uit het dagelijks bestuur van FNV. Wilde de bond daadwerkelijk de werknemerspositie verbeteren in deze economisch gunstige tijden, dan moest het gas erop, was haar kritiek. Voor “bakkeleien” was geen tijd. Een deel van het bestuur dacht er net zo over, zegt Patijn die sprak van een tweedeling. Die tweestrijd was er volgens anderen weer niet was. “Een beetje laf”, noemden sommigen haar vertrek dan ook. Zo vlak voor een groot offensief  in Utrecht waarmee FNV de harde strijd tegen ‘de race naar beneden’ inluidde.

Tweedeling of niet. Patijns vertrek herinnert aan de vakbondscrisis van een aantal jaar geleden. Een crisis die leidde tot het aftreden van toenmalig voorzitter Agnes Jongerius, de reorganisatie van de vakbond en doodtij in de polder. Of het vertrek van beide prominente figuren een voorbode is op een langer aanhoudende impasse of zelfs crisis in de polder, is moeilijk te zeggen. Vakbonden en werkgevers laten er zelf niks over los. “Michaël had juist het gevoel dat hij nu kon aftreden omdat het toch nog wel even stil is in de polder”, zegt Visser. En wederom : het een houdt geen verband met het ander. Patijn zegt niet aan "nestbevuiling" te doen en doet er het zwijgen toe. Zeker is wel: in de Ser komen de bonden en werkgevers voorlopig niet aan akkoorden toe voordat de interne knopen zijn ontrafeld. 

Het 'werkgeversakkoord' werd in oktober goed ontvangen door MKB Nederland: Het nieuwe kabinet staat aan de kant van werkgevers