Direct naar artikelinhoud

De schemerige wereld van getuigenbescherming is níet romantisch

Een schets van het Passageproces, met links beschermd kroongetuige Peter la Serpe.Beeld ANP

Marian Husken schreef over beschermde getuigen. Vergeet dat tropische eiland maar.

Met het optreden van de criminelen Peter La Serpe en Fred Ros als kroongetuigen in het liquidatieproces Passage, zouden we bijna vergeten dat er ook nog 'gewone getuigen' bestaan die vanwege hun belastende verklaring lange tijd door de overheid beschermd moeten worden, vaak samen met andere gezinsleden, onder een andere identiteit en op een locatie ver weg van huis.

Het leven van een kroongetuige opgenomen in een beschermingsprogramma, heeft lang een zweem van romantiek gekend

Die hebben het niet gemakkelijk, laat misdaadjournalist Marian Husken in haar nieuwe boek 'Deals en dodenlijstjes' zien. "Ze hebben ooit in doodsangst afspraken gemaakt met de politie en waren vooral blij dat ze van de bedreiging konden wegvluchten", zegt ze. Maar eenmaal gewend aan de nieuwe omgeving, soms een gewoon grauw flatje in Groningen-Oost, komt het besef dat dit nieuwe leven een stuk onaantrekkelijker is dan het oude. "Al was het alleen maar vanwege het feit dat ze geen eigen baas meer zijn, maar de overheid het ritme bepaalt."

Husken beschrijft in haar nieuwe boek dat vandaag uitkomt, de verwoeste levens van burgers die hun plicht deden: getuigen in een strafproces. Maar ze staat ook stil bij criminelen die uit eigen beweging, en soms met een zetje van het Team Criminele Inlichtingen van de politie, zich tegen de maten van vroeger keren en zo met strafvermindering, geld en een beschermingsprogramma hun heil elders zoeken.

Het leven van een kroongetuige opgenomen in een beschermingsprogramma heeft lang een zweem van romantiek gekend. De witte stranden met palmbomen duiken steevast in de fantasie op. Maar nu Husken na een duik 'in de schemerige wereld van de getuigenbescherming' weer boven is, kan ze vertellen dat de werkelijkheid anders is.

Tekst gaat verder na onderstaande afbeelding.

De schemerige wereld van getuigenbescherming is níet romantisch
Beeld TRBEELD

Biometrie

"Alleen al het aannemen van een andere identiteit is een helse klus geworden, nu de wereld steeds digitaler wordt. Er is een elektronisch patiëntendossier, de biometrie is in opkomst." Daarnaast zijn beschermde getuigen volledig overgeleverd aan de mensen die hun bescherming bieden. Zonder enige inbreng bepalen die wat kan, en kritiek op de behandeling, zoals de zussen van Willem Holleeder die onlangs wél gaven, is zeldzaam. De getuigen zijn immers volledig afhankelijk van diezelfde overheid. "Voor criminelen is zo'n afgebakend leven misschien het moeilijkst. Die zijn juist gewend buíten de kaders te opereren."

Daarnaast is de richtlijn uit 1997 en de Wet toezeggingen aan getuigen in strafzaken uit 2006 absoluut niet transparant en niet te toetsen door een rechter, zegt Husken. Alleen de afgesproken strafvermindering voor criminele getuigen is zichtbaar, maar wat het geldbedrag is dat een getuige meekrijgt of wat de bescherming kost, blijft ongewis. Daarover zijn ook moeilijk beleidsafspraken te maken. "Het maakt nogal uit of een getuige vijf jaar afgeschermd moet worden, of zijn hele leven." En of de nieuwe woonplaats Delfzijl is, of Willemstad op Curaçao. Dat laatste is overigens niet vaak het geval, want getuigen met een West-Europees uiterlijk worden vaak in West-Europese landen ondergebracht.

Technisch bewijs is zoveel sterker dan een mondelinge verklaring van een crimineel over iets dat geruime tijd geleden is gebeurd

René Karstens, destijds de oprichter van het Nederlandse Team Getuigenbescherming suggereert in Huskens boek dat de overheid criminele getuigen soms beter kan afkopen met een fors bedrag zodat ze hun eigen beveiliging kunnen organiseren. Dat is goedkoper, en er ontstaat geen gedoe over leefregels waaraan de beschermde getuige zich moet houden.

Husken is daar niet voor, en ook niet voor het oprekken van de mogelijkheden in getuigenprogramma's. Justitie wil méér vrijheid, méér geld uitkeren en méér straf kwijtschelden, misschien wel de gehele straf. "Toen in de jaren negentig de eerste afspraken met criminele getuigen gemaakt zijn, werd Nederland geconfronteerd met zware georganiseerde misdaad terwijl er weinig opsporingsmiddelen waren. Pratende criminelen waren een uitkomst, dat enthousiasme begrijp ik ook".

Maar we zijn in het tijdperk van de techniek beland, zegt ze, en technisch bewijs is zoveel sterker dan een mondelinge verklaring van een crimineel over iets dat geruime tijd geleden is gebeurd. "De politie kan en mag direct afluisteren, computers kunnen uitgelezen worden, er is zelfs toegang verschaft tot crypto-telefoons die door criminelen zijn gebruikt. Er zijn zoveel opties, die allemaal beter zijn dan het uithoren van getuigen die daarna door hun 'verraad' in problemen komen."